zondag 15 november 2009

Bruine café's...

Vroeger, en daarmee bedoel ik tot voor 20 jaar, toen Antwerpen nog Antwerpen was, veel volkser, toen er nog "plat aantwaarps" werd gesproken en de mannen van den bassin nog alle dagen naar 't' kot moesten en regelmatig een robbertje vochten om nadien samen pinten te drinken, toen de vrouwen hun man nog uit 't café kwamen halen als het eten koud werd, waren er meer, veel meer zelfs, echte Aantwaarpse bruine cafés.
De ontmoetingsplaats waar zowel "meneer docteur", den bankier, den burgemeester, de schepen en den dopper kwam. De cafés waar men, wanneer iemand binnen kwam, automatisch wist hoe laat het was. De cafés waar men nog nooit van een barman had gehoord, maar waar de waard met opgestroopte hemdsmouwen achter zijn tap stond als een kapitein op de brug.
De plaats waar men alles van iedereen wist, waar de wereldproblemen werden besproken en stadspolitiek werd bedreven. De plaats waar meer beslissingen werden genomen dan op 't Schoon Verdiep. De plaats waar men de rook kon snijden met een mes.
De cafes waar iets gebeurde. Meestal onschuldige mensenkloterij, maar af en toe toch ook al eens iets dat het daglicht niet goed kon verdragen. De cafés zonder juke-box of muziekinstallatie. De cafés waar ook echt gepraat werd. Cafés waar figuren als "Snellen Eddy" en "Marksken van de Kampioenen" perfect overeen kwamen.
Helaas, de meesten zijn verdwenen, of... aangepast. Er staat nu een moderne muziekinstallatie, het interieur is opgefrist en er lopen garcons rond met dure, sjieke kledij uit "'t Boerken" in de Hoogstraat. De cafébaas werd vervangen door een barman en die cafébaas komt nog éénmaal per dag binnen, om z'n recette op te halen. Den dopper en den dokwerker worden er amper gedoogd. Het cliënteel bestaat nu uit toeristen uit Nederland en Spanje met een koffie verkeerd en een boterham met gehakt, alhoewel dat daar tegenwoordig een "broodje haché" heet en zoveel kost als anderhalve kilo gehakt en twee grote broden. De echte Antwerpenaar voelt er zich niet meer thuis.
Gelukkig bestaan er nog enkele zoals de Corso op de Vrijdagmarkt, Den Engel en Den Bengel (foto),twee monumenten op de grote Markt, Het Parlement in de Hoogstraat, De Pelikaan, en dan zijn we bijna uitgepraat. Zonder muziek, in een uitgeleefd interieur, met een cafébaas aan de tap die een gediplomeerd leugenaar is en waar rangen en standen niet tellen. Waar een eerlijke pint voor een eerlijke prijs verkocht wordt
Infeite, hoe meer ik er over nadenk, hoe meer ik ervan overtuigd raak dat die etablissementen op de Unescolijst moeten geplaatst worden als cultureel erfgoed. Want ooit is het gedaan en dan kennen we alleen nog cafe De lichttoren van Lilly en Marleen...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten