woensdag 6 augustus 2008

Schepen Heylen doet "echte" Aentwaerpse cultuur wijken...

Iedere bezoeker van Antwerpen wordt er dagelijks mee geconfronteerd: de prachtige gildenhuizen op de Grote Markt die herinneren aan de Gouden 16e Eeuw. Zij zijn stille getuigen van het hoogtepunt in de geschiedenis van onze Stad. Slechts enkele huizen zijn eigendom geweest van de Schuttersgilden, die in de vroege middeleeuwen opgericht werden om de stad te “Scutten”, zeg maar schutten of beschermen. Het waren broederschappen van Poorters en Edellieden die verbonden werden door een Eed van trouw, en die als burger het voorrecht hadden om wapens te dragen. Zij werden ingezet in allerlei omstandigheden van onheil. Dus niet enkel bij het verdedigen van de stad, maar ook bij brand, overstroming of ander tegenspoed. Bovendien hadden zij een uitgebreide sociale functie.

Antwerpen is de Stad met de oudste traditie betreffende de Stadsgilden in de Nederlanden.We kunnen teruggaan tot 1306, waar bij charter de Gilde van “De Oude Voetboog” wordt opgericht. Het bevat o.a. de tekst:
“Vortane willecore wi dat die Gulde van Antwerpen gestavet ende gehouden zi na ordonancie ende na goetduncken ons schoutheden ende onser scepenen van Antwerpen”.
Later werd dit de St. Jorisgilde genoemd.
Maar het bleef niet bij deze ene broederschap; zij kreeg nog vijf opvolgers:
De Oude Handboog, later St. Sebastiaansgilde genoemd; De Jonge Voetboog; De Jonge Handboog; De Schermersgilde en de Kolveniersgilde, later de St. Christoffelgilde.
Deze zes gewapende gilden waren goed voor een sterkte van 1200 man, en stonden onder leiding van de Buitenburgemeester.
Tot in 1791 alle gilden onder de Franse bezetting verboden werden. Hun macht werd immers te groot, en alle goederen, wapens en immobilia werden verbeurd verklaard en verkocht.We moeten wachten tot midden 19de eeuw eer er hier en daar een heropflakkering van de Schuttersgilden op te merken valt. Aangezien hun taak als beschermer overbodig geworden is, begint men met de oude wapens te schieten voor het plezier. Wat zij echter nog decennia lang doen, is het inrichten van Landjuwelen en tornooien. Een voorbeeld hiervan is de jaarlijkse Koningschieting, het befaamde “Schietinghe om den Coninck”.

De hedendaagse Schuttersgilden zijn ontstaan aan het Stadswaag midden de jaren vijftig, toen enkele bezielers het ontstaan en de geschiedenis ervan gaan bestuderen. Eén van hen is Marc De Schrijver, ere-Stadhouder van Den Crans van Aloude Schuttersgilden vzw te Antwerpen.
Als de Stad in 1958 de Grote Ommeganck organiseert, stellen de kruisboogschutters er prijs op om in deze Ommeganck de “Oude Gilde van St. Joris” in hun 16de eeuwse kledij uit te beelden. Dit feit heeft de leden van de gilde er toe aangezet deze traditie in de toekomst verder te zetten. Dit met veel bijval van het Stadsbestuur, die hiervan tot vandaag dankbaar gebruik maakt bij folkloristische gebeurtenissen. Zo wordt nog steeds elk jaar in begin augustus de “Antwerpse Ommeganck” georganiseerd en hebben de “Gildenfeesten” plaats op de Grote markt en de Groenplaats.

De Gildenfeesten worden al jarenlang georganiseerd in het kader van de Antwerpse kermisweek. De feesten kennen dan ook een oude historie. Ruim 23 jaar geleden ontstonden de Rederijksfeesten. Het Antwerps Gildenjuweel en het Schutterstournooi, welke hier deel van waren, verenigden, en vanuit hier ontstonden de gildenfeesten. In 2004 was dat tien jaar geleden. Naar aloude gewoonten omvatten de Gildenfeesten de volgende onderdelen:— een Plechtige Gildenmis in de St-Jacobskerk en een ambachtsmarkt. Als aanvulling kwamen er door de jaren heen steeds meer activiteiten, zoals demonstraties van vendeliers, tamboerkorpsen, spelemannen, harmonies en volksdansers. Sinds het midden van de jaren negentig zijn de feesten opengetrokken en omvatten dus onder de benaming 'gildenfeesten':
-het straattheater en de feesten van de Aloude Schuttersgilden;
-een Ommeganck;
-het straattheater door de drie Antwerpse Rederijkerskamers;
- Een internationaal Schutterstornooi;
- Een gildenfeest;
Opendoek, de koepelorganisatie van het amateurtoneel, is sinds enkele jaren eveneens betrokken bij het gebeuren. De organisatoren streven naar geleidelijk te verwezenlijken herstel van de eens historisch befaamde Antwerpse Ommeganck die al in 1399 bekend was en groeide uit de Onze-Lieve-Vrouwe-Ommeganck.

Nu echter dreigt, mede door toedoen van Schepen Heylen, deze jaarlijkse traditie verloren te gaan..

'We kunnen moeilijk alles behouden en niets vernieuwen. Het is nu eenmaal zo dat de smaken verschuiven. Maar voor alle duidelijkheid, wij hebben niets tegen de Gildenfeesten. Integendeel zelfs. Mijn deur staat altijd open voor die mensen, wanneer ze met een goed dossier komen. Ik denk dan bijvoorbeeld aan een grote parade om de vijf jaar. Dat zijn we best bereid te steunen.', aldus Schepen Heylen.

Het Antwerpse stadsbestuur tapt dan weer uit een ander vaatje: “Er is wel een optocht, maar iets kleiner”, zegt Kiki Vervloessem, woordvoerster van burgemeester Patrick Janssens (sp.a). “De ommegang is geconcentreerd rond de Grote Markt. Met de kleinere stoet komt geld vrij om de deelnemers aan de Gildenfeesten beter te vergoeden. Zo wordt meer kwaliteit aangetrokken."

'We worden door het stadsbestuur stiefmoederlijk behandeld', zegt Marc Van Strydonck van de Antwerpse Rederijkers. 'Dat heeft alleen nog oog voor moderne evenementen en sportmanifestaties. De stad investeert niet langer in haar rijke geschiedenis, die door de Gildenfeesten en onze cultuurhistorische optocht elk jaar prachtig in beeld wordt gebracht. Terwijl andere steden zoals Brussel, Brugge, Luik of Barcelona daar nu net meer aandacht aan schenken. Dat cultuurhistorische wordt in Antwerpen compleet vergeten: het Vleeshuis staat bijvoorbeeld op instorten. En de Handelsbeurs, die werd verpatst.'De druppel voor de organisatoren van de Gildenfeesten is dat ze enkele maanden geleden te horen kregen dat het stadsbestuur dit jaar geen Ommeganck wilde. 'Het was een van de laatste stoeten in Antwerpen, nu blijft alleen nog de 1 meistoet over', stelt Van Strydonck. Ook de traditionele Handjesworp heeft zondag niet plaats, want is verschoven naar de Bollekesfeesten eind augustus. En de ambachtenmarkt en het folklorefestival die de Gildenfeesten vergezelden, werden eveneens opgedoekt.Dit weekend worden het dan ook Gildenfeesten in mineur, met alleen de schutterswedstrijden en het straattheater. 'De stad bouwt al jaren ons evenement af en komt met steeds minder geld over de brug. Zelfs de affiches voor dit weekend zijn nog niet klaar. Voor ons hoeft het ook niet langer. Wij stoppen er dit jaar mee', dreigt Van Strydonck. 'En dat is jammer voor een evenement dat steeds veel volk lokte en sinds 1981 nieuw leven in de middeleeuwse traditie blies.'

Diezelfde Schepen Heylen (begrijpe wie begrijpen kan) uit begin deze week de volgende woorden:“Hoe verkopen we Antwerpen als toeristische parel aan de Amerikanen, Russen, Indiërs en Chinezen? De wereld is zich nog steeds niet bewust van het feit dat aan de Schelde een stad ligt die heel veel te bieden heeft. Traditie, met Rubens en Van Dyck. Nieuwe creativiteit in sectoren zoals de mode, design, beeldende kunsten en ballet. Een aanbod van shopping en horeca dat zich kan meten met alle andere Europese steden. En dat alles op amper anderhalve vierkante kilometer. Dat laatste - de combinatie van stad en dorp - maakt Antwerpen zelfs uniek.”

Wat is voor Schepen Heylen traditie?

Enkele negers die (betaald door de Stad) op wat tam-tams staan te kloppen op het De Coninckplein? Turkse en Marokkaanse muziek (uiteraard betaald door de stad) voor 200 marginale toeschouwers op het Stuyvenbergplein? Enkele miljoenen pompen in de geschiedenis van enkele avontuurlijke (en zeker géén brave) Antwerpenaren die hun geluk in Amerika zochten?
En wat met de echte Antwerpse traditie? Die past niet meer in die oppertseef z’n plaatje, is te ouderwets (wat is dan traditie?).

Nochtans, zijn partij-idool werd 2008 jaar geleden aan het kruis genageld en dat herdenkt hij nog alle dagen, terwijl het onderhoud van de Antwerpse kerken véél meer kost dan de Ommeganck. Maar ja, Kristus was dan ook geen Antwerpenaar. Hij had het kleurtje van de nieuwe Antwerpenaren, voor wiens cultuur wel plaats en geld is.

Misschien kan Schepen Heylen na de “Week van het Aentwaerps”, de “Week van het Swahili” of de “Week van het Arabisch” organiseren, dat is vast véél moderner dan de Ommeganck, en zal toch ook zo’n 200 toeschouwers trekken, vooral op het De Coninckplein, in de Seefhoek of in ’t Ketelken.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten