zaterdag 5 juni 2010

De Jeanne d' Arc van het Vlaams Behang


Je kan het zo zot niet bedenken of ze proberen het om in het nieuws te komen. Alexandra, de zichzelf tot maagd verklaarde Vlaams Behang politica gaat een kruistocht (?!) houden tegen de pers die niet zijn best doet voor haar partij. Ze gaat op een blauwe maandag kranten verbranden op de Groenplaats. Het doet me een beetje denken aan de boekenverbranding in een bepaalde politieke toestand in Duitsland, en het verbieden van bepaalde lectuur in het Franse Orange. In deze stad waren de leden van het extreemrechtse Front National, de Franse tegenhanger van het VB aan de macht (partij van Le Pen).

AC maakt amok omdat de kranten niet de juiste berichtgeving uitbrengen. En volgens La Colen kan de pers niet overleven zonder overheidssteun. Nu maak ik daar de bedenking bij dat madam ook niet kan overleven zonder haar ‘inkomen’ uit de politiek. Volgens vrienden uit haar partij zou ze al jaren geen *kloten* meer doen maar wel telkens zorgen dat ze verkozen geraakt, kwestie van een eigen inkomen te behouden. Tijdens haar legislatuur naait ze en werkt in het huishouden zoals een vrome Vlaamse katholieke vrouw zou moeten doen. Met het enig verschil dat zij er een parlementaire wedde aan overhoud. En das in schril contrast met haar eventuele kiezers…

U stemt natuurlijk op wie u wil, maar kijk toch maar eens wat betreffende personen zoal hebben bewezen in het verleden. En of de voorstellen die ze doen ook haalbaar zijn. Ik weet op dit moment nog steeds niet op welke partij, laat staan op welke persoon ik ga stemmen. Ik hoop dat ze sujetten zoals AC trakteren op een stevige boete voor milieuverontreiniging. Voor de rest kan ik iedereen maar één goede raad geven: stuur alle verkiezingspropaganda terug naar de partijhoofdkwartieren zonder port op te kleven en zeker geen afzender op de enveloppe kleven. Laat de heren en dames die van uw geld gebruik maken ook maar eens betalen.

Trouwens, als ‘politiek’ zelfbedruipend zou zijn zouden er weinige politici overblijven. Ook de vetbetaalde partijen zouden minder hoog van de (publicitaire) toren blazen. Met eigen middelen zou het dus een pak minder zijn. Want we moeten eerlijk zijn. Wij als belastingbetalers worden met onze eigen centen (lees belastingsgeld) belogen door politici die op onze kosten redelijk rijk kunnen overleven. Alexandra Colen is daar weer eens het bewijs van. Niks doen tijdens de legislatuur maar met de verkiezingen wel (even) op de rechtse barricades kruipen. Alexandra: god zal u straffen!

Een bijdrage van Luc F.M. Jacquemyn
www.volksgazet .be

vrijdag 4 juni 2010

Overijverige overlastambtenaren...

Sinds enkele jaren werkt de stad Antwerpen met "overlastambtenaren".Infeite stadsambtenaren die na een korte opleiding bevoegd zijn om "kleine overtredingen die de andere burgers overlast bezorgen" vast te stellen, zodat de overtreders nadien kunnen gesanctioneerd worden met een "Gemeentelijke administratieve sanctie", zeg maar een boete die door de stad wordt geind en rechtstreeks naar de stadskas gaat. Als voorbeeld van zo'n kleine overlastovertreding geven wij het niet opruimen van hondenpoep wanneer uw hond op straat zijn behoefte doet.
Zoals in alle lagen van de bevolking heb je bij de Antwerpse overlastambtenaren natuurlijk luie, normale, ijverige en overijverige ambtenaren. Je hebt er, bij manier van spreken, dames en heren bij, die, van het moment dat ze hun dienstkaart ontvangen, zich ontpoppen tot een echte "agent Kriekemans" uit de strips van Suske en Wiske. Als voorbeeld hiervan een schrijven dat wij ontvingen van een inwoner uit Hoboken:
"Hoi Mr en Mvr,
Ik ben Marynissen Jean en woon 52j in Hoboken(Antwerpen).
Zou graag even mijn verhaal doen over het vuil in de straat.
Ik kreeg vandaag een aangetekend schrijven van de stad Antwerpen met BOETE van 30 eur om het te vroeg buiten zetten vuil.
Op 06/05/2010 stond mijn vuil om 13,30u netjes voor mijn deur daar ik het 's avonds niet kon buiten zetten omdat ik in Nederland was. Deze stonden zeker niet in de weg of hinderde ook niemand zoals ook op de foto's te zien is die door bevoegd persoon genomen zijn. Ze zouden aangebeld hebben maar niemand thuis, waarom dan geen verwittiging in bus steken!!!. Mijn vuil staat altijd netjes en ordelijk op zijn plaats zoals het hoort. Kuis het voetpad meermaals per jaar met hogedrukreiniger en zorg altijd dat voor zo weinig mogelijk onkruid tussen de dals. Wat niet kan gezegd worden van veel bewoners.
Heb zelfs al eens een brief gekregen van voorbeeldige bewoner omdat voetpad en bloembakken van de gemeente altijd net en persoonlijk onderhouden zijn. Daarom dit schrijven HOE NETTER IN ANTWERPEN HOE SLECHTER. Volgens mij zijn er dingen die veel meer prioriteit hebben dan mensen te straffen die het proper willen doen!!"
Het stadreglement zegt natuurlijk dat je je huisvuil slechts op straat mag zetten na 20.00 uur, maar... je hebt natuurlijk de letter en de geest van een reglement...

donderdag 3 juni 2010

Antwerpse studenten boos...

Afhankelijk van de leeftijd hebben de mensen een andere kijk op de dingen, zo ook op het studentenleven. De student zelf spendeert slechts een fractie van zijn of haar tijd aan studeren, terwijl de ouder, die zich krom werkt voor de studies van zoon- of dochterlief, veronderstelt dat zijn of haar student slechts een fractie van zijn/haar tijd besteedt aan ontspanning.
En laat ons eerlijk zijn, in onze studententijd hebben we ook ruim aandacht en tijd besteed aan "sociale contacten", of, om het met normale woorden te zeggen, aan uitgaan, vrouwen jagen en zuipen. Al moet ik zeggen dat ik mij nooit bezondigd heb aan het pissen in brievenbussen, het kapot schoppen van vuilniszakken en het plegen van vandalisme. En... in mijn tijd bestonden bewakingscamera's alleen in Amerikaanse televisieseries zoals Mannix en The Man from U.N.C.L.E.
Ik vraag me af wat de Antwerpse studenten vandaag bezielt. Ze zeggen het vertrouwen op in het Antwerpse stadsbestuur omdat deze laatste bewakingscamera's geplaatst heeft op de Ossenmarkt. Een maatregel die trouwens al maanden bij voorbaat was aangekondigd én het gevolg is van bepaalde wantoestanden op de Ossenmarkt. De heren en dames studenten voelen zich door de plaatsing van die camera's in hun kruis getast, geschonden in hun privacy. Alstublieft, hé zeg. Er hangen camera's op de Grote Markt, op de Meir, op het De Coninckplein, in alle grote en kleinere handelszaken in heel Antwerpen, maar ik voel mij zeker niet geviseerd. Maar ja, ik ga dan ook niet in de mensen hun brievenbus zeiken, ik schop geen vuilniszakken kapot en ik ga niet braken tegen andermans voordeur. Ik val geen andere mensen lastig, produceer geen nachtlawaai en wat ik meeneem uit een winkel betaal ik. Voor mijn part filmen ze mij dag en nacht en kijken ze zich stekeblind op de opgenomen beelden. Ik heb niets te verbergen.
Waarom maken de studenten dan zo'n heisa over de camera's op de Ossenmarkt? Hebben de toekomstige ingenieurs, bedrijfsleiders, dokters en politici misschien wel iets te verbergen? Anders maak je toch zo'n heisa niet?
En misschien zorgt Patrick Janssens er wel voor dat er vanaf nu meer gestudeerd dan gezopen wordt, zodat het aantal bissers en trissers spectaculair daalt, zodat de ouders van de studenten eens wat meer geld kunnen besteden aan hun eigen ontspanning inplaats van aan hun verwende joeng....

woensdag 2 juni 2010

De barometer staat op slecht weer...

De aanval die het Israëlisch leger maandagochtend uitvoerde op een scheepskonvooi met hulpgoederen voor Gaza, heeft ook de joodse gemeenschap van Antwerpen in rep en roer gezet. “Dit zal ook in deze stad de gemoederen weer verhitten”, zei de joodse journalist Michael Freilich mij. Op de website van zijn magazine Joods Actueel probeert hij begrip te oogsten voor de actie, tegen de tsunami van messcherpe internationale kritiek in.

Laten we hopen dat Freilich ongelijk krijgt en dat de Antwerpenaars van alle rassen en religies collectief het hoofd koel houden. Het heeft geen enkele zin om internationale conflicten in de stad te importeren. Antwerpen heeft een redelijk mooie staat van dienst als het gaat om vreedzaam samenleven. Laat nu vooral niemand zijn woede over deze nieuwe, diep tragische gebeurtenis afreageren op mensen die daarvoor geen verantwoordelijkheid dragen.

Ondertussen rouwde diezelfde joodse gemeenschap in Antwerpen de voorbije dagen om de diefstal van vijf of zes thorarollen uit de synagoge in de Oostenstraat, de grootste van het land. Ik gebruik met opzet het woord ’rouwde’, want voor de joden is zo’n thorarol evenveel waard als een mensenleven en als een rol niet meer geschikt is voor gebruik, wordt hij net als een mens begraven.

Waarom steelt iemand nu vijf thorarollen? Heel simpel: voor het geld. De perkamenten met de teksten van het Oud Testament zijn handgeschreven, er wordt één tot twee jaar aan gewerkt en dus zijn ze ongeveer anderhalf jaarsalaris waard. Sommige rollen hebben bovendien grote historische waarde. Er kan dus mooi losgeld voor worden geëist.

De diefstal van de thorarollen geeft aan dat de beveiliging van de synagoge blijkbaar niet zo goed is als je zou verwachten. Enkele dieven slaagden erin om in te breken, door te dringen tot de zogenaamde heilige ark en ongestoord weg te lopen met een vrij omvangrijke oogst. Dat geeft te denken. Want voor hetzelfde geld hadden de daders niet de intentie kunnen hebben om thorarollen te stelen, maar wel om bijvoorbeeld explosieven binnen te brengen. En dan had de sabbatviering kunnen uitdraaien op een vreselijk drama.

In het licht van de tragedie met het hulpkonvooi hoop ik dat de Antwerpse joden de komende dagen en weken nog voorzichtiger zijn dan anders. De barometer staat voor de zoveelste keer op onrustig weer.

dinsdag 1 juni 2010

Geen betutteling, maar goed beleid...


Twee Antwerpse cafés moesten de deuren sluiten omdat ze niet in orde zijn met de brandveiligheid. Vorig weekeinde werden een casino en een seksclub in de stationsbuurt verzegeld. De clubs zouden een loopje nemen met de sociale wetgeving en nog een aantal andere regels met de voeten treden. Er zijn tijden geweest dat uitbaters die het niet zo nauw namen met de regels daar ongestraft mee weg konden komen.

Maar dat is alweer een tijdje geleden. Antwerpen voert, zonder daar al te veel ruchtbaarheid aan te geven, strijd tegen allerlei schimmige vzw’s en andere openbare gelegenheden die de wet aan hun laars lappen.

En dat is toe te juichen. De afgelopen jaren werden zeshonderd Antwerpse cafés gecontroleerd op brandveiligheid. 381 waren niet in orde bij de eerste controle. Hoewel de meeste uitbaters hun café meteen in orde maakten, kwamen vijftig uitbaters pas in actie nadat ze een boete hadden gekregen. Vorig jaar heeft de stad Antwerpen drie cafés gesloten.

Die zijn ondertussen weer open. Nadat de cafés werden aangepast aan de normen voor brandveiligheid. Deze cijfers spreken voor zich. Blijkbaar hebben veel mensen eerst een controle en soms zelf een boete nodig voor ze in actie komen. Als dwang de enige manier blijkt te zijn om sommige mensen aan te zetten tot verantwoord ondernemen, kunnen we het stadsbestuur daarin alleen maar steunen. Want als het fout loopt, vallen er doden. U mag één keer raden naar wie men dan een beschuldigende vinger zal uitsteken. Precies ja, de overheid.

Vooral in moeilijke wijken zoals Antwerpen Noord en het Kiel zult u de bewoners niet horen klagen over dergelijke acties. Mede door dit soort van controles zijn er in die buurten tientallen vzw’s gesloten. Omdat ze niet in orde waren met de sociale wetgeving, overlast veroorzaakten of drugs verkochten. Dergelijke vzw’s verhogen het onveiligheidsgevoel bij buurtbewoners. En vaak niet onterecht. Want niemand zal ontkennen dat schimmige etablissementen schimmige mensen aantrekken.

De strenge controles van de stad Antwerpen lossen heus niet alle problemen op en er zullen altijd wel uitbaters van wat dan ook de dans ontspringen. Maar de boodschap is ondertussen wel duidelijk. De regels moeten worden nageleefd en wie dat niet doet, riskeert een boete of zelfs een sluiting. Dat heeft niets te maken met betutteling, het is goed beleid dat vruchten afwerpt.

maandag 31 mei 2010

Je zou ze bij momenten toch...

Soms vraag ik me af of "ouderdomsdementie" echt bestaat of... dat sommigen gewoon doen alsof om hun goesting door te drijven.
Gisteren had voor het eerst in de Antwerpse Sint-Andrieswijk, de vroegere "Parochie van Miserie", een kleinschalige loopwedstrijd plaats, de "Sint-Andriesrun". Nu weet ik uit ervaring dat, wanneer er in de Sint-Andrieswijk iets georganiseerd wordt, het over het algemeen goed gedaan wordt en het was deze keer zeker niet anders. Het parcours was mooi afgespannen met politielinten en waar nodig nadarhekken én er waren méér dan voldoende seingevers voorzien om het geheel in goed banen te leiden. Je moest dus gewoon stekeblind zijn om niet te zien waar je wel of niet als toevallige passant kon oversteken of de rijbaan gebruiken.
Ik was zinnens om terplaatse enkele foto's te gaan maken voor de "Antwerpse Koerier", maar het slechte weer en het feit dat ik mij niet zo lekker voelde beslisten er anders over. Maar... niet getreurd, het parcours passeerde twee maal mijn woning, en vanop de derde verdieping had ik een VIP-plaats om de nodige kiekjes te maken.
Enkele "bejaarden" staan op het voetpad te wachten in de Steenhouwersvest, terwijl de eerste lopers in aantocht waren. Net op het moment dat de lopers aankomen beslissen deze senioren het bevel van de seingever te negeren, onder de politielinten te kruipen en de baan over te steken, zodat het loperspeloton zich in alle bochten moest wringen om deze onverlaten niet omver te lopen. En onze lieve bejaarden waren dan ook nog verontwaardigd toen er hier en daar een vloek ontsnapte uit de lippen van sommige lopers.
Wordt nu echte iedere Antwerpse senior dement, is het een uitloper van "Benidorm Bastards", of waren het gewoon dwarsliggers met het idee van " 't Stad is van iedereen", dus ook van ons...

zaterdag 29 mei 2010

Eindelijk duidelijkheid: Werkgever kan en mag hoofddoek verbieden...

Volgens de arbeidsrechtbank in Antwerpen behoort het dragen van religieuze kledij of symbolen op de werkvloer niet tot het beschermd criterium 'geloof' in de antidiscriminatiewet. G4S, dat beveiligings- en receptiediensten aanbiedt, kon het ongeschreven neutraliteitsprincipe van het bedrijf opleggen aan een moslima die de hoofddoek wilde dragen. De uitspraak wordt besproken in De Juristenkrant.
De werkneemster werkte aanvankelijk zonder hoofddoek en in vrij te kiezen kledij bij diverse cliënten van G4S. In april 2006 gaf ze haar oversten te kennen dat ze voortaan ook tijdens het werk de hoofddoek wilde dragen. G4S maakte snel duidelijk dit niet te zullen tolereren, omdat het indruist tegen de nagestreefde neutraliteit, zowel binnen de onderneming als tegenover klanten. Tijdens een periode van arbeidsongeschiktheid kreeg de vrouw te horen dat ze bij haar terugkeer ook een uniform zal moeten dragen.
Ondanks onderhandelingspogingen van het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding en de liberale vakbond, komt het tot een confrontatie waarbij de werkneemster, met hoofddoek, wandelen wordt gestuurd totdat ze de dress code stipt naleeft.
Ondertussen past de ondernemingsraad het arbeidsreglement aan, en voegt een nieuwe clausule in waarbij het voor werknemers verboden is "om op de werkplaats zichtbare tekens te dragen van hun politieke, filosofische of religieuze overtuigingen en/of elk ritueel dat daar uit voortvloeit te manifesteren." Na een mislukt overleggesprek krijgt de vrouw haar ontslag met een opzegvergoeding van drie maanden loon. De volgende dag treedt de nieuwe bepaling van het arbeidsreglement in werking.
In de procedure ten gronde stelt de vrouw volgens de arbeidsrechtbank ten onrechte dat ze werd ontslagen omwille van haar geloofsovertuiging. Volgens de rechtbank zou er enkel directe discriminatie zijn als ze was ontslagen omdat ze een aanhangster was van de islam, aldus De Juristenkrant.
Volgens auteur Katayoun Alidadi, wetenschappelijk medewerker aan de KULeuven, wordt door de uitspraak van de arbeidsrechtbank bescherming tegen discriminatoir ontslag in grote mate uitgehold.
De uitspraak is duidelijk , je houden aan de regels of opstappen. Wat de vrouw in kwestie gedaan heeft lijkt mij pure provocatie... zij wou gewoon haar wil opleggen aan haar werkgever en collega's... en voelde zich geroepen om duidelijke tekenen tedragen die verwijzen naar haar religie... dat dit niet mag kan ik enkel bijtreden. Neutraliteit is een goed dat moet beschermd worden... wat ook de prijs moge zijn voor sommigen.

vrijdag 28 mei 2010

Het stoort mij nogal...

Morgen krijgt de Antwerpenaar de gelegenheid om afscheid te nemen van Bobbejaan Schoepen. Dat feit op zich stoort mij niet. Maar wat mij wel stoort is de manier waarop. Een grote circustent op de Waagnatie, met optredens van bekende en minder bekende Belgische en Nederlandse bards, reuzeschermen buiten voor het gepeupel en als apotheose wordt na de circusvoorstelling de koets met het stoffelijk overschot nog eens rondgereden in Antwerpen.
Hoe oud hij ook mag geworden zijn, wat hij ook gepresteerd heeft in zijn leven, dit is er over. Dit is geen waardig afscheid. Dit is een zielige, wansmakelijke vertoning tot eer en glorie van de familie. Een mediacircus waartegen de "Pak-de-Poenshow" van de gebroeders Verreth destijds klein bier was.
En dat allemaal omdat hij de originele auteur was van "De lichtjes van de Schelde"? Gelukkig stellen ze hem niet ten toon "Hoog op z'n duivenkot"...

donderdag 27 mei 2010

Sharia4Belgium vanuit Antwerpen...


'België is gewaarschuwd'
Sayful Islam, Anjem Choudary en Abu Imran: 'Weldra zullen ook jullie vrouwen zich moeten bedekken.'
De Britse moslimextremist Anjem Choudary bouwt vanuit Antwerpen aan een islamitisch front met Sharia4Belgium. 'Moslims zullen zich met geweld verdedigen tegen het boerkaverbod.' 'Freddy Thielemans, de burgemeester van Brussel, heeft de oorlogsvlag gehesen. Wij vechten terug in deze kruistocht tegen de islam. Moslims zijn geen slaven maar veroveraars. Wij smeken niet of onze vrouwen alstublieft hun hoofddoek mogen dragen. Neen, de islam is hier om te domineren. Wie dat niet aanvaardt, kan vertrekken of branden in de hel.'
Op de persconferentie van Muslim Rise volgden de bedreigingen en beledigingen aan niet-moslims elkaar in sneltempo op. Muslim Rise plande vorige zaterdag in Brussel een betoging tegen het Belgische boerkaverbod. Het stadsbestuur gaf hen geen toelating. De moslimorganisatie wilde uitwijken naar Antwerpen, Gent of de rand rond Brussel. De pro-boerkabetoging bleef echter uit.
'Niet omdat wij geen toelating kregen, maar omdat de politie onze zusters toch niet met rust zou laten', aldus Abu Imran van Muslim Rise, beter bekend als boegbeeld van Sharia4Belgium, de radicale organisatie die eind maart een lezing van auteur Benno Barnard verstoorde.
De opvallendste spreker tijdens de persconferentie zaterdag was Anjem Choudary, wiens organisatie Islam4UK in Groot-Brittannië werd verboden volgens de anti-terreurwetgeving. Deze 43-jarige Britse moslimextremist was het Kanaal overgestoken voor de betoging.
'Als jullie aan onze vrouwen zitten, hebben wij geen andere keuze dan ons hier tegen te verdedigen', zei Choudary. 'Ik roep de moslims niet op om te vechten, maar dat zal wel het gevolg zijn. Allah rechtvaardigt elke vorm van verdediging. Wij zijn geen christenen. We bieden niet onze andere kaak aan als iemand ons slaat. Wij gaan de confrontatie aan. België is gewaarschuwd. Onze eer is meer waard dan ons leven.'
Het publiek, een vijftiental bebaarde moslims in traditionele gewaden, zegende de uitlatingen met Arabische verzen. En waar zijn de vrouwen? Het gaat toch om de boerka? 'Wij behandelen onze vrouwen niet als objecten zoals jullie westerlingen', werd er teruggebeten. 'Een vrouw is voor ons meer waard dan vragen van journalisten te beantwoorden.'
Choudary deed de ambities van zijn nieuwste organisatie, European Islamic Front, uit de doeken. 'Democratie is de hel, het paradijs is de islam', klonk dat in een slagzin. Of ook: 'Het omverwerpen van de huidige leiders en het installeren van de islam als heerser over Europa.' België krijgt daarbij een belangrijke rol toebedeeld. Niet alleen neemt Abu Imran vanuit Antwerpen het woordvoerderschap op zich, Choudary overweegt ook een verhuizing naar ons land.
In zijn kielzog had Choudary zaterdag een handvol moslimfundamentalisten meegenomen uit Denemarken en Londen. Onder hen Sayef Ul Islam, die wild tekeer ging tegen de westerse waarden, wat hij de beschaving van de bezetter en de onderdrukker noemde. 'Jullie leven als varkens en apen', aldus Ul Islam. 'Onze waarden zijn superieur. Jullie hebben jullie eigen wetten verzonnen, terwijl de sharia een goddelijke wet is. Onze zusters mogen zich niet meer sluieren, maar weldra zullen ook jullie vrouwen zich moeten bedekken.'
Choudary vond het nodig om daar nog over te gaan. 'Jullie zijn nog vuiler dan dieren. Die drinken tenminste geen alcohol om het daarna uit te braken.' Applaus en gelach volgden uit het publiek.
Opmerkelijk daarbij was de plaats van de persconferentie: het Borgerhoutse wijkcentrum De Shelter. De opdracht van dit buurthuis is het dichter bij elkaar brengen van de verschillende bevolkingsgroepen in de buurt.
Wat het maatschappelijk draagvlak is van Muslim Rise, is onduidelijk. Hoewel haast alle Belgische moslimorganisaties zich eerder al hebben gedistantieerd van Sharia4Belgium, noemen Choudary en Imran hun aanhang groot. 'Wij zijn geen marginaal clubje, wij zijn met 40 miljoen Europese moslims.'(bron:Jochen Vandenbergh)

Reactie: Dit zegt genoeg..dit is voor extreme moslims het uiteindelijke doel...gaan we dezelfde fout maken als met Hitler en doen of er niets gaande is, tot het te laat is. Deze bedreigingen en beledigingen zijn er voor mij teveel aan... niet dat ik morgen achter het VB aan ga hollen...maar ik blijf uiterst waakzaam.

woensdag 26 mei 2010

Mega Mindy in Antwerpen...

Wie dacht dat met Bobbejaan Schoepen de laatste cowboy uit Antwerpen verdwenen was, heeft het verkeerd voor. Was het een vliegtuig? Was het een vogel? Neen, het was mega-Patrick die een hormonenopstoot kreeg. De nieuwe cowboy der lage landen.
Hoe is het in godsnaam mogelijk dat de burgemeester van de grootste stad in Antwerpen als een hazewind uit zijn auto vliegt om een andere bestuurder, die een verkeersovertreding pleegt, eens goed de waarheid te gaan zeggen. Als U of ik dat doen, dan maken we ons schuldig aan "verkeersagressie".
De Antwerpse media vergoeilijken dit natuurlijk door te zeggen dat hij, als burgemeester, hoofd van de politie is, maar... ze hebben hun huiswerk niet goed gemaakt. De burgemeester is inderdaad het administratieve hoofd van de plaatselijke politie, maar heeft geen enkele politionele bevoegdheid. Hij is noch officier, noch agent van gerechtelijke politie en heeft bijgevolg op het vlak van beteugeling van verkeersovertredingen zoveel te vertellen als U en ik dus, niets, nada!
Het is trouwens niet door onverantwoord de cowboy uit te hangen bij een verkeersovertreder dat hij een oplossing zal bieden aan het recente geweld op het Zuid. Daar zijn andere maatregelen bij nodig, die niet uitgebreid in de pers dienen uitgesmeerd te worden.
Trouwens, ik vraag me af waarom hij, enkele weken geleden op de Vrijdagmarkt, niet tegen zichzelf is opgetreden, toen hij op een illegaal geplaatst terras ging zitten en alzo de voetgangers dwong op de rijbaan te lopen om zijn illustere gezelschap te passeren. Die overtreding was minstens zo erg als degene waarvoor hij zo nodig de cowboy moest uithangen, want anders zou er geen gemeentelijke administratieve sanctie op staan van 250 euro.
Misschien kan hij, inplaats van voor Mega-Mindy te spelen deze boete storten in de stadskas, bij wijze van penitentie...

dinsdag 25 mei 2010

Ernstige aanwijzing van schuld...

Stel, het is halftwaalf 's morgens, en je tachtigjarige moeder, die zich moeilijk kan verplaatsen, heeft afgesproken met een vriendin op een terrasje op de Antwerpse Grote Markt. Als rechtgeaarde zoon laat je de vrouw die je heeft gebaard en grootgebracht niet in de kou staan en je helpt haar in je wagen en voert haar naar haar afspraak op de Grote Markt. Je installeert haar op het terrasje en zij staat er op dat ze je, bij wijze van dank, trakteert op een koffie. Je aanvaardt uiteraard en na tien minuten ga je terug naar je wagen. Daar tref je een Antwerpse diender aan die net een proces-verbaal tussen je ruitenwissers steekt.
"Da is nie slim, hé joengen, ge weet da g'oep de Groete Markt nie meug parkeren na den elven. Da kost a seventig eurokes, hé maat. De wet is de wet en iek heb hem nie gemoakt."
Uiteraard heb je daar weinig verhaal tegen. Na 11 uur mag je niet meer op de Grote Markt parkeren of stationeren, dus... het feit dat je dat toch gedaan hebt en het feit dat de politie de overtreding vaststelt is een ernstige aanwijzing van schuld. Preutelen of protesteren mag, maar... betalen moet.
Nu een ander, niet zo hypothetisch verhaal. Je trekt op zondagavond met twee vrienden naar een café in de Antwerpse Pothoekstraat, duidelijk met de bedoeling om "keet te schoppen" omdat je het niet eens bent met de gang van zaken daar. Je bent gewapend met een handvuurwapen (illegale wapendracht) en lost in het café enkele schoten waarbij je, al dan niet toevallig, iemand raakt in de voet (opzettelijke of, in het beste geval, onopzettelijke slagen met verwondingen) en je verlaat het café. Even later ga je een politiebureel binnen en vertel je dat je betrokken bent geraakt in een caféruzie.
De politie houdt je vast, het slachtoffer herkent je als de schutter, politie verhoort de getuigen, stelt proces-verbaal op, verwittigt het Parket en leidt je voor voor de onderzoeksrechter. En wat doet die? Die laat U gaan omdat er geen "ernstige aanwijzing van schuld is"!!!!!!!
Die klojo gaat er dus van uit dat je toevallig, totaal buiten uw weten, een pistool hebt gekocht, dat dat pistool per ongeluk in uw zakken is terecht gekomen, dat de Heilige Geest, want tenslotte was het Pinksteren, dat pistool in uw handen heeft geduwd en enkele schoten heeft gelost. Verder denkt die klojo waarschijnlijk dat het slachtoffer bewust en bij zijn volle verstand zijn voet voor de loop van het pistool heeft gehouden en dan zelf de trekker heeft overgehaald. Verder heeft de politie dan waarschijnlijk de getuigenverklaringen uit hun duim gezogen en was het slachtoffer stekeblind, zodat het hem onmogelijk was de daders te herkennen.
Moraal van het verhaal? Knal in Antwerpen af wie je wilt, maar zorg er vooral voor dat je wagen correct geparkeerd is...

maandag 24 mei 2010

Burgerzin of bemoeiallerij...

Het is allemaal niet simpel heden ten dage. Het gaat mis in onze maatschappij. Tot voor enkele tientallen jaren wist je in Antwerpen gewoon dat je jezelf niet moest bemoeien wanneer een zeeman of een oud-zeeman ergens ambras maakte. Dat was om miserie vragen want je wist met 99% zekerheid dat dat heerschap hier of daar een mes op zak had en niet zou aarzelen om dat met zijn benevelde geest te gebruiken. Niet omdat dat altijd zijn bedoeling was, maar ja, de ruwe zeden op zee en de verwarde geest door de drank maakt van sommige personen een ander mens.
Maar nu? Als gewezen politiefunctionaris heb ik nog steeds de neiging om mensen in nood bij te staan. Maar is dat nog wel verstandig? Is het nog verstandig om iemand tot kalmte aan te manen wanneer hij 's nachts de ganse straat in rep en roer zet? Is het nog verstandig een dader te willen vatten wanneer je ziet dat hij een oud dametje haar "sjakoche" heeft meegegraaid? Ik vrees van niet, want als je ziet wat er in het weekend weer gebeurd is. Blijkbaar loopt iedereen tegenwoordig met een mes op zak. Och ja, er is een uitleg voor: "Zelfverdediging, mijnheer, het is zo'n rare wereld". Maar,... als je géén mes op zak hebt, voel je ook niet de drang het te gebruiken, zelfverdediging of niet.
Als veertienjarige had ik ook ooit eens een zakmes, enfin, knipmes gekocht dat ik op zak had, uit zelfverdediging? voor de show? wie zal het weten. Tot mijn vader er achter kwam en die heeft mij dan eens met handen en voeten (letterlijk) uitgelegd dat een zakmes absoluut niet nodig was.
Kijk, naar aanleiding van de steekpartijen in het weekend, zullen de extreem rechtse partijen weer moord en brand schreeuwen, zal de discussie weer geopend worden over "te weinig blauw op straat" en zal het weer de schuld van een andere cultuur zijn.
Maar ligt de oorzaak niet eerder bij de ouders die niet meer weten wat kun kinderen uitspoken? Misschien heeft de jeugd van tegenwoordig terug behoefte aan iemand die het "met handen en voeten" uitlegt...

zondag 23 mei 2010

Iemand zal toch de rekening moeten betalen...


Het is niet eenvoudig om in de discussie tussen het OCMW Antwerpen en Fedasil standpunt in te nemen. Het persbericht van vorige week voedt vooral de criticasters. 'Het zit er weer bovenarms op tussen de OCMW's en Fedasil', hoor ik hen dan handenwrijvend denken. Er zullen er mogelijk wel enkele zijn die goed garen willen spinnen bij dit conflict. Maar je kunt best beschikken over alle elementen vooraleer hierover straffe verklaringen af te leggen. Laten we dat dus vooral aan de rechter laten. Waar ik me wel aan waag, is dat de rekening uiteindelijk moet worden betaald. Zo eenvoudig is dat.

Dat een stad en zijn OCMW niet wil opdraaien voor de kosten van een beleid dat federaal uitgetekend wordt, is evident. Tenzij anders is overeengekomen. Dat het agentschap Fedasil geen langetermijnstrategie kan ontwikkelen als de budgetten dit niet toelaten en niet meer dekken dan periodes van nauwelijks 6 maanden, is al evenzeer begrijpelijk. De geleverde inspanningen van beide kanten in de opvang van asielzoekers, samen met deze van de andere opvangpartners, zijn evenwel essentieel en worden erg gewaardeerd. Zo zijn de OCMW's erin geslaagd om via het creëren van Lokale Opvang Initiatieven (de LOI's) opvang te voorzien voor zo'n 8.030 asielzoekers. Op een totaal van 19.624 opvangplaatsen op datum van 30 april 2010, betekent dit ruimschoots 40 procent.

Opvang in hotels is geen goede oplossing. Dwangsommen kunnen beter worden vermeden dan betaald. En de kosten voor opvang liggen sowieso lager indien er een preventief beleid wordt gevoerd in plaats van met kortetermijnoplossingen voor de dag te komen en te reageren op wat voor de deur staat. De projecties voor de komende maanden en jaren zijn niet gunstig. De grand écart tussen het aantal asielaanvragen en de nood aan opvangplaatsen, wordt steeds groter. Je kunt overigens niet oneindig plaatsen blijven bij creëren. Op dit eigenste ogenblik loopt er in overleg met het VVSG (Koepelorganisatie van de Vlaamse gemeentebesturen en OCMW's), het UVCW (Union des Villes et Communes de Wallonie) en de Brusselse Vereniging van Steden en Gemeenten een Fedasilinitiatief om het nog bestaande potentieel aan LOI-plaatsen in kaart te brengen. Behalve deze nog te creëren opvangplaatsen en de opening her en der van nog een collectief opvangcentrum, lijkt het dat het huidige opvangmodel zijn grenzen heeft bereikt.

Andere ingrepen
De regering maakte tijdens het voorbije begrotingsconclaaf niet alleen extra middelen vrij voor creatie van extra opvangplaatsen. Er werd ook extra budget voorzien voor een verhoging van het aantal medewerkers bij het Commissariaat-Generaal voor de Vluchtelingen en Staatlozen. Inzetten op een versnelling van de procedure, eerder dan op het uitbreiden van de opvang, is op termijn strategisch de juiste keuze. Een versnelling van de procedure impliceert een snellere doorstroming in het opvangnetwerk en een sneller vacant worden van de bestaande opvangplaatsen. Samen met een beperking van de instroom en een stringent en humaan terugkeerbeleid moet dit ons in staat stellen om de instroom en de uitstroom op elkaar af te stemmen en in evenwicht te brengen. Een systeem van flexibele noodopvang, die voorziet in de basis van psychosociale en administratieve omkadering van de asielzoeker, moet een plotse extra toevloed van kandidaat-vluchtelingen kunnen opvangen.

Zolang de opvang niet georganiseerd wordt met een totaalvisie op lange termijn van het migratie-, procedure- en het asielbeleid, zal deze - ondanks alle goedbedoelde en geleverde inspanningen en budgetten - onvoldoende zijn en blijven. Excuses dat Vlaanderen, België of bij uitbreiding Europa te klein is voor de opvang van de weinigen die tot hier raken, zijn ongepast. Het aantal van 1.732 asielzoekers dat in de voorbije maand april in België een asielaanvraag heeft ingediend, is slechts het topje van de ijsberg. Het gros aan vluchtelingen en internally displaced raakt niet verder dan de onmiddellijke omgeving van de conflictgebieden zelf. We kunnen er niet om heen: stellen dat de discussie tussen wie wat moet betalen is erg symptomatisch voor de behoefte aan middelen voor de snel groeiende groep zwakkeren en kanslozen in onze samenleving. We stellen tevens vast dat er op het terrein van asiel en migratie bijzonder veel expertise, goodwill en bereidheid tot samenwerking bestaat bij de verschillende instanties en organisaties. Laten we er ons voor hoeden niet uit verband gespeeld te worden, maar elkaar te vinden in wat ons bindt. Een duidelijk kader, uitgetekend door de volgende regering, kan hiertoe een stevige hefboom vormen.

zaterdag 22 mei 2010

Spreken is zilver, zwijgen is zonde...

De media staat er bol van, je kan er niet naast kijken, het moet uitgebracht worden, maar... de media heeft het fenomeen wel decennia lang doodgezwegen, de pedofilie binnen de katholieke Kerk. Want, en wees nu eerlijk, iedereen van ons, zonder uitzondering, tenzij je op een andere planeet hebt gewoond de laatste honderd jaar, heeft wel weet van één of meerdere feiten. Sommigen, spijtig genoeg, hebben het aan den lijve ondervonden, maar anderen weten het zeker van horen zeggen.
Wie kent geen verhalen van scouts- of chiroproosten die het nodig vonden het "Woord Gods" te verkondigen, terwijl de kinderen op het kamp zich aan het wassen waren of onder de douche stonden? Wie kent geen verhalen van scouts- of chiroleiders die op kamp in de tent van de proost werden uitgenodigd om bij een glaasje goedkope wijn "het programma van 's anderendaags" te bespreken? Wie kent er geen verhalen van priester-leraars die op school de treurende, hun moeder missende internen naar hun kamer riepen om hen te troosten, "bijles" te geven of die lijfstraffen uitdeelden op de blote kont, terwijl zich onder hun toga een vervaarlijke knobbel ontwikkelde? Wie heeft geen weet van één of andere jonge onderpastoor die al na enkele maanden verplaatst werd naar een andere parochie omdat hij dacht dat het "Rijk der Hemelen" te vinden was in de slip van Akela van de plaatselijke welpenhorde?
Als je dan weet dat sexuele handelingen met kinderen gelijk staan met verkrachting én dat het feit dat die pater, pastoor of onderpastoor voor die kinderen een leidende functie had, wat een verzwarende omstandigheid is, hoe komt het dan dat er al die jaren niemand de moed gehad heeft om dit te publiceren of aan de grote klok te hangen?
Als ik morgen dergelijke feiten pleeg dan zit ik overmorgen met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid in de Begijnenstraat en wordt ik daar binnen de week verkracht of krijg ik daar de rammeling van mijn leven door de andere criminelen die daar opgesloten zitten. Is dat de laatste 50 jaar ooit gebeurd met een priester? Neen! Zij kregen een andere parochie toegewezen of werden aalmoezenier in een rusthuis!
Is het normaal dat men slachtoffers van pedofilie door geestelijken verwijst naar een kerkelijke commissie? Neen! Dergelijke zwaarwichtige feiten dienen behandeld te worden door het Parket en zwaar bestraft te worden. Maar neen, alles wordt toegedekt door de "mantel der liefde" en waarom? Omdat er in alle lagen van de kerkelijke hiërarchie typen zitten die stront aan hun knikker hangen hebben.
Ik, die ooit gescheiden ben, mag geen sacramenten meer ontvangen, omdat ik een zware zondaar ben, maar een kinderverkrachter moet men "vergeving schenken". De Islamieten wordt dilwijls verweten dat ze de Koran naar hun hand zetten, maar doen die pedofiele katholieke priesters dat dan niet met de tekst "Laat de kinderen tot mij komen".
Pas op, er zijn ook duizenden goede priesters die het goed menen en de daden van hun collega's afkeuren, maar waar staan we als iemand zoals Van Geluwe in alle ernst vertelt dat je geen zonde pleegt als het zaad niet spuit? Waar staan we als de Kerk nu maatregelen neemt zoals priesters te verbieden alleen met een kind in een kamer te zijn?
Scheidt het kaf van het koren, overgiet de schuldigen met pek, wikkel ze in veren en sla ze de stad uit en laat hen die het goed menen in een huwelijk stappen en een normaal sexueel leven beleven.
Maar dan ga ik te ver zeker...?

vrijdag 21 mei 2010

Sinksenfoor, last of zegen...

Morgen opent op de Gedempte Zuiderdokken voor de zoveelste keer de Antwerpse Sinkenfoor. Ze bestaat al zoveel jaren dat ze infeite Antwerps cultureel erfgoed is geworden, alhoewel ze moeten vechten heeft voor haar bestaan.
De allereerste Sinksenfoor in Antwerpen ging door op een plaats waar in alle gemeenten en steden de foor doorgaat, namelijk op de Grote Markt, maar dit bleek geen goede keuze te zijn in verband met de té kleine oppervlakte, zodat al vlug verhuisd werd naar de Groenplaats. Daar was er meer plaats, maar... waren de omwonenden onverdraagzamer en begonnen ze te klagen van overlast. (Waar hebben we dat nog gehoord). Dus... een derde maal verhuizen, ditmaal naar de Leien, waar de foor alternerend links en rechts stond. Ook hier weer problemen, zodat een vierde maal verhuisd werd. Dit maal naar de gedempte Zuiderdokken. Pas op, ook daar klagen de omwoners. Zo is een Antwerpenaar nu eenmaal. Alles mag en alles is plezant, zolang het maar niet in een straal van 50 meter voor mijn deur gebeurt.
Enfin, er worden grote inspanningen geleverd om de overlast tot een minimum te beperken. Het zou trouwens spijtig zijn mocht zo'n Antwerps monument verdwijnen door het gezeur van enkelingen. En toch... deze week waren er al enkele stomdronken bouwvakkers die de kermisuitbaters molesteerden en dienden er politie- en ziekenwagens aan te pas te komen. Dat doet natuurlijk geen goed aan het ganse gebeuren.
En toch zullen ze er weer zijn: de zuipers, ambrasmakers, handtassendieven, enz... de enkele ziekelingen die het voor de rest van de maatschappij verkl...ten. Vertel mij dan niet dat de Sinksenfoor voor overlast zorgt. Neen, het zijn die paar tientallen die nooit zullen weten hoe ze zich in het openbaar moeten gedragen. Voor mij mag de politie gerust de nultorelantie toepassen. Het kan er alleen maar toe bijdragen dat iedereen van een zalige kermis kan genieten.

donderdag 20 mei 2010

Van een leegloper verweten is gauw vergeten...


In de volgende aflevering van ‘De Pfaffs’ zal het flink stuiven tussen Debby Pfaff en echtgenoot Nicolas Liébart. Zijn werkloosheid werkt Debby danig op de zenuwen, maar het ex-model laat zich niet zomaar aan het werk zetten.

Nicolas heeft sinds de komst van zijn kinderen het modellenwerk aan de kant geschoven en zich omgevormd tot huisman. “Ik wil niet gaan werken om te werken. Ik wil iets doen wat me ligt, alleen weet ik niet wat. Debby wil dat ik ga werken voor 1.000 euro per maand. Ik ben een zelfstandige, volgens een vriend moet je dan 10.000 euro bruto per maand verdienen’, reageert Nicolas in Het Laatste Nieuws.

De kieskeurigheid van Nicolas vertaalt zich op verschillende vlakken. Ook van dopgeld moet hij niets weten. “Ik dop niet omdat ik het haat. Waarom zouden mensen nog moeten gaan werken als ze maandelijks 1.000 tot 1.200 euro krijgen. Dat noem ik nu eens ‘rottigheid’, het uitschot van de maatschappij”, vertelt hij heftig aan het dagblad.

Hij scheert werklozen echter niet allemaal over dezelfde kam. “Pas op, ik heb niets tegen doppende mensen als ze al gewerkt hebben. Maar kijk godverdomme naar die vreemdelingen. Dat woont hier in België, hun tweede vrouw zit in Turkije en hun derde in Marokko. Vind jij dat normaal dat die allemaal dop krijgen?”

Nicolas, een omhooggevallen nietsnut die nog nooit echt werk gedaan heeft, op een catwalk lopen of wat fotokes laten nemen is niet werken, dat is spelen, en leeft van schoonvaders geld geeft hier zijn mening over werklozen. Iedereen mag een mening hebben, maar van iemand die het cliché dat modellen oerdom zijn op zijn eentje in stand houdt, hoef ik zulke mening niet te pikken.

Dat er profiteurs tussen de werklozen zitten weet iedereen, maar om daarom puur racistische praat te verkopen dat is er dik over. Maar dat is nu eenmaal de manier waarop rijkeluiskinderen over de gewone man in de straat denken. Voor hen zijn wij, gewone stervelingen, het plebs.

“Pas op, ik heb niets tegen doppende mensen als ze al gewerkt hebben. Maar kijk godverdomme naar die vreemdelingen. Dat woont hier in België, hun tweede vrouw zit in Turkije en hun derde in Marokko", zegt zijne alwetendheid. Met deze uitspraak valt hij de islam aan en het is ook pure onzin. Net of alle vreemdelingen drie vrouwen in drie verschillende landen hebben. Ze noemen niet allemaal Jean-Marie Pfaff hoor, maar dat is dan ook weer overdreven van mij, want die zijn maitresses wonen allemaal hier.

"Vind jij dat normaal dat die allemaal dop krijgen?”, zegt zijne zelfgekroonde Koninklijke hoogheid. Hij zwijgt wel mooi over vreemdelingen die al gewerkt hebben. De familie Pfaff is een zigeunerfamilie en wie dat wereldje van dichtbij kent weet dat ze buiten het verkopen van wagens niet al te veel werken.

Ik ken zelfs een rechtstreekse afstammeling van Pfaff, die met zijn gitareke moet bedelen om wat geld te verdienen. Ik ben echt benieuwd of die tak van de Pfaffs de uitspraken van hun aangetrouwd familielid echt leuk zal vinden.

We weten meteen voor wie die halve zool zal stemmen, Vlaams Behang is zijn partij. Ze mogen er zich mee laten fotograferen, dat is het enige waar hij ervaring meeheeft, de SUKKELAAR!

Ik stel voor dat de VDAB die kerel oproept om te gaan solliciteren, weigert hij schors hem dan of beter nog geef hem een boete. Maar ja, het zou me verwonderen moest hij bij hen ingeschreven zijn. Dus het enige wat overblijft is een klacht voor racisme, ik hoop dat er één werkloze Turk is die een klacht tegen hem durft in te dienen.
Wat die leegloper echter niet vertelt is dat hij onlangs, op voorspraak van schoonpapa Jean-Marie, ging solliciteren bij een Antwerpse inmobilliënmaatschappij. Wanneer je echter je sollicitatiegesprek begint met : "Ik wil een wagen van de firma, ik moet minstens 7.500 euro netto per maand overhouden, plus onkosten en ik wordt het gezicht van de firma", sta je rapper terug op de stoep dan dat je binnen bent geraakt, ondanks de voorspraak van Jean-Marie.

Hierbij verklaar ik Nicolas Liébart tot de grootste idioot van dit land! Dat VTM nog altijd geld geeft aan die familie begrijp ik niet. Want wie kijkt er het meest naar dat soort programma's? Juist, de doppers!

woensdag 19 mei 2010

Fieesje!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!!

Spectaculair nieuws! Nog straffer dan de geboorte van Kai-Mook vorig jaar, want... Antwerpen is zwanger. Niet van een Lange Wapper, want die zwangerschap werd abrupt onderbroken, een abortus criminalis, in oktober vorig jaar uitgevoerd door Van Hees en zijn Ademlozen. Ook niet van een overnemer voor Opel, want daar is het waarschijnlijk te laat voor, maar... van een politieke partij die in 2012 het Schoon Verdiep wil veroveren.
Iedereen herinnert zich waarschijnlijk de sluiting van Bar Mondial op de Suikerrui. De muziekbar die sloot na herhaalde klachten voor geluidsoverlast door iemand die dacht dat ze ergens in Knokke-Zoute woonde, maar niet op de Suikerrui. U herinnert zich vast ook de streetparty, die als afscheid werd gegeven voor het stadhuis op 26 april jongstleden en waar ruim 1500 mensen op af kwamen, maar die jammerlijk, door het gebrek aan discipline van enkelen, eindigde in rellen.
Onder het motto "Wat je zelf doet, doe je meestal beter" is hieruit een nieuwe politieke partij ontstaan die zich in de Antwerpse gemeentepolitiek wil mengen, namelijk: "Fieesje". Ik hoop voor hen dat "Fieesje" een voorlopige werknaam is, want met een dergelijke ludieke naam maak je al bij voorbaat niet veel kans om ernstig te worden genomen.
Zij willen van Antwerpen een stad maken van feest, plezier en gelukkige mensen. Op zich een leuk initiatief natuurlijk, maar ik vrees dat politiek bedrijven, zelfs op lokaal niveau, méér is dan feest, plezier en gelukkige mensen.
Pas op, op zich een leuk initiatief, maar voorlopig lijkt het mij enkel een ludieke aktie, tenzij ze natuurlijk met een ijzersterk programma naar voor komen, waar ook andere knelpunten dan feest, plezier en gelukkige mensen in voor komen.
Voorlopig althans, wil ik hen met véél plezier het voordeel van de twijfel geven...

dinsdag 18 mei 2010

In Memoriam Bobbejaan Schoepen...


Bobbejaan Modest Hyppoliet Joanna (Bobbejaan) Schoepen (Boom, 16 mei 1925 - Turnhout, 17 mei 2010) was een Vlaamse zanger, gitarist en fantaisist. Hij was een voormalig acteur en kunstfluiter, alsook oprichter en voormalig directeur van het amusementspark Bobbejaanland. Hij werkte zich op vanuit een arbeidersmilieu tot bij de tweehonderd rijkste Belgen.

Bobbejaan Schoepen was een pionier in de Belgische muziekgeschiedenis: hij was in 1948 de eerste zanger die internationaal doorbrak. Hij was ook de eerste die gebruik maakte van modern materiaal, een eigen toerbus en een systeem van artiestensponsoring. Vanaf de jaren 40 en 50 introduceerde hij ook de eerste Europese countryproducties in de lage landen, Frankrijk, Duitsland en Oostenrijk. Hij staat ook wereldwijd bekend voor zijn virtuoze fluittalent (een gave die hij ook verloor door een operatieve ingreep).
Hij manifesteerde zich als een volkszanger met een brede muziekstijl, en als een soort entertainer-fantaisist voor wie zelfironie een handelsmerk was. Op muzikaal vlak floreerde hij vanaf eind jaren 40 tot eind jaren 60. Uit zijn repertorium van zeshonderd nummers gingen vijf miljoen platen over de toonbank: van kleinkunst, levensliederen, filmische instrumentale songs, chansons, tot ronduit geflipte volksmuziek. Tot zijn grootste internationale successen behoren het levenslied "Ik heb eerbied voor jouw grijze haren", de parodie "Café zonder bier" en Je me suis souvent demandé, een chanson waarmee Richard Anthony in Frankrijk en Zuid-Amerika een hit scoorde. Het leverde Schoepen in 1965 in Parijs een artistieke onderscheiding op. In eigen land scoorde hij tussen 1955 en 1960 elf nummer-één-hits, waarvan De lichtjes van de Schelde uitgroeide tot de bekendste evergreen.

Vanaf de jaren 70 legde hij zich louter toe op Bobbejaanland, dat in 1961 ontstond, waardoor het belang van zijn muzikale carrière op de achtergrond kwam. In 43 jaar tijd groeide het uit tot een van de bekendste parken in Europa, gerund door hem en zijn familie.

Recent leed Bobbejaan aan darmkanker, wat de aanleiding gaf om het park in 2004 te verkopen. Sinds 2005 focust hij zich weer op zijn muziekcarrière. In 2007 ontving hij in België een "Lifetime Achievement Award" voor zijn pionierschap in de Belgische muziekgeschiedenis.. In 2008 werd hij opgenomen in de Amerikaanse "Whistlers Hall Of Fame"[12]. Op instigatie van Koning Albert II ontving Bobbejaan Schoepen op 6 juli 2009 het ereteken van Officier in de Kroonorde, uitgereikt aan Belgen met grote artistieke, letterkundige of wetenschappelijke verdiensten.

Schoepen was gehuwd en had vijf kinderen.

Levensloop

Vroege muzikale periode

Bob Schoepen, ca. 1943. Schoepen groeide op in een smidse in Boom. Eind jaren 30 bracht hij met zijn halfzus Liesje volksvariété in de omliggende dorpen, en achteraf gingen ze met de hoed rond. Zijn eerste auditie vond plaats in 1944, voor de radio in Brussel. Hij kreeg in 1943 doorgevoerd onderricht van gitarist Frans De Groodt (1892-1990). In dat jaar debuteerde hij met een memorabel optreden in de Antwerpse Ancienne Belgique. Voor een nokvolle zaal zong hij het Zuid-Afrikaanse liedje "Mamma,'k wil 'n man hê". Het lied werd als anti-Duits opgevat voor de zin "Nee mamma, nee, 'n Duitseman, die wil ek nie. Want Schweinefleisch dat lus ek nie." waarop enkele aanwezige nazi's hem wegvoerden en de Ancienne Belgique voor drie weken dicht ging. Kort nadien werd hij opgeëist om in Duitsland te werken. Als alternatief verkoos hij te zingen voor de Vlaamse arbeiders die verplicht tewerkgesteld waren. In oktober 1944 werd hij hiervoor, zonder onderzoek of proces, drie maanden opgesloten in de Mechelse Dossinkazerne.

In 1945 vormde hij met zijn dorpsgenoot Kees Brug het duo "Two Boys en Two Guitars". Van Calais tot Amsterdam brachten ze imitaties, dichtkunst, Zuid-Afrikaanse liedjes en country, allemaal met veel ruimte voor improvisatie en avontuur. De naam "Bobbejaan" komt van het Zuid-Afrikaanse liedje "Bobbejaan klim die berg". Schoepen wendde deze naam in 1945 aan als artiestennaam.

In 1947 kwam hij in contact met Jacques Kluger, een manager met aanzien die op zoek was naar talent van eigen bodem. Kluger vroeg hem de Amerikaanse en Canadese troepen te vermaken tijdens de Processen van Neurenberg, in Frankfurt am Main en in Berlijn. Toen een verheugde Kluger plots een vleiende telegram van Majoor Mearker kreeg, werd Schoepen geëngageerd voor een maandenlange tournee door Duitsland. In Berlijn, dat nog deels met de grond gelijk lag, werden zijn floorshows ook bijgewoond door Amerikaanse generaal en militair gouverneur Lucius D. Clay, die hem vroeg voor twee extra voorstellingen. Deze tournees zouden de country-zijde in hem verder stimuleren.

Tussendoor gaf Schoepen in eigen land ook nog losse optredens. Hoewel hij aanvankelijk niet in het Nederlands zong, is het Kluger die hem overhaalde om 'een Vlaamse plaat' op te nemen. De eerste opnames volgen en de "De Jodelende Fluiter" werd Schoepens eerste hit (1948). Dat jaar brak hij ook in Nederland door. Hij werd vaak gevraagd als gastvedette, onder andere bij het bekende radioprogramma De Bonte Dinsdagavondtrein, gepresenteerd door Frans Muriloff. Die zag in hem de aangewezen man om te werken voor de Nederlandse Welfare. In 1949 ging hij op tournee voor de Nederlandse strijdkrachten in Indonesië. Hij gaf er tussen het wapengeweld door 127 shows binnen 3 maanden tijd. Omdat hij ook voor de afgelegen troepen ging optreden kreeg hij in naam van de Nederlandse overheid een onderscheiding voor moed en zelfopoffering. Vijf dagen na zijn thuiskomst begon een tournee in België van 220 dagen. Met nostalgische liedjes als de evergreen "De lichtjes van de Schelde" (1952) behoorde Bobbejaan Schoepen al gauw tot de populairste artiesten van Vlaanderen.

Internationaal

Bobbejaan Schoepen in de Grand Ole Opry in Nashville, 1953. Schoepen toerde in een twintigtal landen, met onder andere Josephine Baker, Caterina Valente (eenmalig) Gilbert Bécaud en Toots Thielemans (die in 1951 als gitarist in zijn band speelde). Hij is vermoedelijk de eerste Europeaan (Groot-Brittannië niet meegerekend) die optrad in de Grand Ole Opry in Nashville, een van de belangrijkste centra van de countrymuziek in de VS. In 1953 trad hij er een drietal keer op, onder andere met countryster Roy Acuff (1903-1992). Er kwam ook een optreden met countryzanger Red Foley (1910-1968) in Springfield, Missouri. De Amerikaanse countryzanger Tex Williams, grondlegger van de swing country, zal later in de VS een cover van zijn “Fire and Blisters” uitbrengen (1974).

In 1954 volgde er een Europese tournee van drie maanden door Duitsland, IJsland en Denemarken, die traditioneel afgesloten werd met enkele maanden optredens in de Folies Bergère in Brussel. In Denemarken en IJsland was Syd Fox zijn manager. Wanneer in januari 1955 Jacques Brel een week lang Schoepens voorprogramma verzorgt in de Brusselse Ancienne Belgique heeft hij in eigen land al de status van een internationale vedette. Hij wordt door de NIR (toenmalige VRT) verkozen tot beste Vlaamse zanger en ontvangt daarvoor de "Grote Prijs van de Vlaamse Grammofoonplaat".

Dat najaar toerde hij met zijn show een maand door Duitsland en drie maanden door Congo. Maar in 1957 trok hij weer naar New York, waar hij gevraagd werd in de televisieshow van de bekende presentator Ed Sullivan. Hij nam er platen op met de gereputeerde manager Steve Sholes van RCA-records. Sholes bood hem een contract aan om onder de naam "Bobby John" drie maanden lang alle radiostations in de VS af te reizen. Deze tournee was bedoeld om de recente releases te promoten en intussen aan de lopende band nieuwe nummers te schrijven. Maar Schoepen, die reeds tien jaar aanhoudend op tournee was en in Europa contractuele verplichtingen had, zocht stilaan een vaste stek (het latere Bobbejaanland). Hij besloot de succesformule over de oceaan niet verder te zetten. Mogelijk speelde de ontmoeting met zijn toekomstige echtgenote evenzeer een rol in die beslissing.

Datzelfde jaar vertegenwoordigde hij op de valreep België op het tweede Eurovisiesongfestival. Hij werd door zijn manager Jacques Kluger voor dit evenement halsoverkop van de VS naar Duitsland gehaald en kreeg enkele dagen tijd om drie nummers in te studeren die in aanmerking kwamen. Schoepen zorgde er voor een unicum. Hij is de enige die tot nu toe een liedje floot op het festival. De keuze viel op het (te) licht poëtische "Straatdeuntje". Van de tien deelnemers eindigde België op een gedeelde achtste plaats met Zwitserland.

Een jaar later (1958) zorgde Kluger ervoor dat Schoepen een plaats kreeg in the "Royal Variety Show", een jaarlijks evenement voor de Queen Mum (Elizabeth Bowes-Lyon) van Engeland. Via zijn plaatselijke manager Jack Heath hoorde hij er het nummer “A pub with No Beer” van Slim Dusty en besliste een Nederlandse, Duitse en Engelse coverversie te maken. In 1960 bleef "Ich steh an der Bar und ich habe kein Geld” dertig weken in de hitlijsten in Duitsland, in Oostenrijk werd het een nummer-één-hit. De Vlaamse versie "Café zonder bier” dateert uit 1959 en werd dat jaar nummer één in de hitparade. Later groeide deze uit tot een evergreen.

Ook zijn Duitse versies van "Hutje op de heide" en "Kili watch" (origine: The Cousins) deden het behoorlijk (onder andere te zien in de Duitse film Davon träumen alle Mädchen, 1961). Schoepen ging vaak op tournee in Duitsland en Oostenrijk, onder andere met Caterina Valente (1955) en Dalida. Het leverde hem nieuwe interessante contracten op. Zo werd hij tijdens het filmfestival van Berlijn in 1961 een van de muzikale topacts, waar hij met zijn gekke kunstfluitacts de Deutschlandhalle op z'n kop zette. In de jaren 60 zullen onder andere Gert Timmerman, Camillo Felgen, Heino en James Last de evergreen "Ik heb eerbied voor jou grijze haren” ("Ich hab Ehrfurcht vor Schneeweissen Haaren") uitvoeren tot een grote Europese hit waarvan intussen meer dan drie miljoen stuks over de toonbank gingen. In 1961 bracht Caterina Valente in Italië ook "Schaduw van de mijn" uit onder de titel "Amici miei" en in 1965 zong Richard Anthony de Franse en Spaanse versie van "Ik heb me dikwijls afgevraagd" de internationale hitlijsten in.

In 1967 besloot ZDF een muzikale televisiefilm te maken rond Bobbejaan Schoepen waarin hij een reeks van zijn hits brengt. De film is gedeeltelijk opgenomen in de Barrandov-filmstudio’s in Praag, in de Kempen en in een nog attractieloos Bobbejaanland.


Tournees met circustent: 1958-1961


1958 is het jaar waarin Bobbejaan Schoepen een grote circustent aanschafte om in eigen land efficiënter te toeren. Dat maakte hem onafhankelijk van zaaleigenaars die een steeds hogere huurprijs vroegen en die niet altijd de geschikte ruimte hadden voor zijn programma. Hij nam de tweemaster over van de familie Tondeur, die enige moeite had om haar voorstellingen rendabel te houden. Schoepen kreeg organisatorisch de vrije teugels en liet het circus opnieuw floreren. De dagen voordien maakte hij zelf promotie op de voorziene locaties, soms op een eigengereide manier: Tijdens een kavalkade was ik zelfs met m’n paard een café binnengewandeld, waar ik aan de tapkast m’n grote viervoeter op een emmertje bier trakteerde.

Naar aanleiding van de wereldtentoonstelling Expo 58 kwam er een Amerikaans stuntteam toe in Brussel, een private onderneming onder leiding van Casey Tibbs. Maar door de te grote afstand van het werkelijke Expo-gebeuren en het aanhoudende slechte weer, gingen zij failliet. Een vijftigtal paarden konden niet onderhouden blijven en zo trok het team weer richting VS. Tibbs was genoodzaakt een deel van het equipement van de hand te doen en verkocht onder andere het paard van Zorro aan Bobbejaan Schoepen - Midnight genaamd, uit de gelijknamige Zorro-televisieserie. Die gebruikte het paard een tijd lang voor stuntjes in zijn shows en als trekpleister tijdens de kavalkades, maar het dier trapte op een blootliggende elektriciteitskabel en overleed.

In 1959 schafte Schoepen zelf een nieuwe circustent aan. Die bood plaats aan 900 mensen en kon tot een capaciteit van 1.200 worden opgetrokken. Deze tournees werden afgesloten zodra in 1961 Bobbejaanland zijn deuren opende. Het idee voor concerttournees met een circustent was voor die tijd vrij uniek.

Film

Bobbejaan Schoepen in "At the drop of a Head", 1962. Hij schuwde evenmin het experiment: tussen 1950 en 1967 speelde hij (in totaal) in vijf (muzikale) filmproducties: twee Belgische, twee Duitse en één Duits-Tsjechische. In 1962 had hij de hoofdrol in de absurdistische komedie-film At the Drop of a Head (alias De Ordonnans/Café zonder bier)), met onder andere Ann Petersen, Yvonne Lex, Denise De Weerdt, Nand Buyl, en Tony Bell. Op de set werd tegelijk een Nederlandse en Engelse versie gedraaid. Schoepen was niet te spreken over dit filmavontuur: "De opnames verliepen chaotisch en er werden twee regisseurs de laan uit gestuurd. Jef Bruyninckx (alias De Witte) mocht het dan oplossen". De Belgische cultrock-band Dead Man Ray toerde in 1999 met de film door België en Nederland. Voor Daan Stuyven (Daan) en Rudy Trouvé (ex-dEUS) meteen ook een ode aan de (soms miskende) artistieke veelzijdigheid die de artiest Schoepen typeert: "Een vakman die zijn jazzy country-gitaarspel, zijn diepe engelachtige stem en zijn geflipte volkshumor tot een handelsmerk en later tot een pretpark wist om te zetten".

Bobbejaanland (variété-periode)

"Uit met Bobbejaan" televisieshow BRT vanuit Bobbejaanland, 1969 Bobbejaan Schoepen heeft nooit de bedoeling gehad om een pretpark te bouwen; het huidige attractiepark is ontstaan uit diens muzikale carrière. Na bijna vijftien jaar aanhoudend toeren wilde hij stilaan een vaste stek. In 1959 kocht hij in Lichtaart-Kasterlee een moerassig domein van 30 hectaren, genaamd het Abroek. Hij bouwde er een theaterzaal met 1200 plaatsen en legde er 2,2 kilometer strand aan. Dat werd Bobbejaanland. De naam werd bedacht door zijn manager Jacques Kluger. Op 31 december 1961 werd Bobbejaanland officieel geopend door Bobbejaan Schoepen en zijn vrouw Josée, met wie hij het park tot een levenswerk uitbouwde. Schoepen zelf gaf er tijdens het hoogseizoen dagelijks twee tot vijf optredens per dag. Intussen traden ook artiesten uit vooral de Belgische, Nederlandse en Duitse variété-wereld er op, al dan niet in het programma van Schoepen zelf. De bekendste namen zijn: Louis Neefs, Rocco Granata, Staf Wesenbeek (vader van Lynn), Leo Martin, Will Ferdy, Jan Theys, Will Tura, Staf Permentier en Liliane Saint-Pierre (die hierdoor het besluit nam tot een muzikale comeback). Uit het buitenland: Jimmy Ross (alias Mel Turner, die in 1981 in Engeland een nummer-1-hit scoorde met "First True Love Affair"). Ross (oorspronkelijk uit Trinidad) woonde lange tijd in het park en nam rond 1970 met Schoepen een aantal platen op onder het label "Bobbejaan Records". Uit Duitsland onthouden we vooral de actrice en zangeres Ilse Werner en haar bekende landgenoten Rex Gildo en Michael Holm. De Nederlandse showmaster Rudi Carrell, die in Duitsland uitgroeide tot een vermaarde tv-persoonlijkheid, werd voor enkele jaren diens buur.

De bekendste orkesten waren Bobby Setter, Lou Roman, en Claude Rabitsky.


Nudie Cars

Gedurende de sixties and seventies bezocht Bobbejaan met zijn vrouw Josee geregeld de Verenigde Staten waar ze goede contacten onderhielden met cultmodeontwerper Nudie Cohn, de acteur Roy Rogers, en swingcountrypionier Tex Williams, die in 1974 Bobbejaan’s song Fire and Blisters uitbracht in de VS. Het viertal trad af en toe op in lokale clubs in Los Angeles.

Nudie Cohn en zijn schoonzoon Manuel Cuevas (kostuumontwerp voor Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band) ontwierpen de zwarte pakken van Johnny Cash en de (soms flamboyante) artiestenkleren voor Elvis Presley, Gram Parsons en ook Bobbejaan Schoepen. Van Cohn kocht hij twee van de legendarische Amerikaanse witte Pontiacs Bonneville die Cohn had gedecoreerd met authentieke zilveren dollars, kogels, handgemaakte siergeweren, en een stierhoren op de neus. De wagens werden gemaakt in 1963 en 1964 uit een totale reeks van achttien die tussen 1950 en 1975 werden gebouwd. Schoepen maakte er vanaf de glamoureuze jaren 70 zijn eigen handelsmerk van en beschouwt deze wagens vandaag nog steeds als de sterkste publiekstrekkers van alle attracties die hij ooit had. Recent werd ook een wagen gebruikt voor clip Le temps des cerises een duet met Bobbejaan en Geike Arnaert (Hooverphonic).

Zakenman

Sinds 1975 evolueerde het domein naar een attractiepark waardoor de muzikale carrière van Schoepen langzaam op de achtergrond kwam. Medio jaren ‘80 werden de shows gebalder en afgestemd op een steeds internationaler publiek. Het attractiepark domineert inmiddels de variété, de zakenman de artiest. Hij blijft toch doorzingen zij het met meer gebalde shows die onvermijdelijk ten prooi vallen aan de routine van het attractiepark. De artiest wordt een rariteit. Op de duur hadden mijn optredens niks artistieks meer. Vijf minuten voor ik moest beginnen, kreeg ik telefoon van mijn vrouw: 'Twee bussen Duitsers, een bus Denen en drie bussen Spanjaarden. En dan paste ik mijn programma daaraan aan. In Bobbejaanland was geen plaats voor sentiment. Het was werken, werken en nog eens werken om de zaak rendabel te houden. Zestien uur per dag, zeven dagen op zeven. We hadden vierhonderd mensen in dienst die elke maand betaald moesten worden, hé.

Wendingen

Bobbejaanland, 1988 Bobbejaan Schoepens leven verliep allerminst rimpelloos: hij belandde in oorlogstijd twee keer in de gevangenis, verloor zijn virtuoze fluitcapaciteiten door een chirurgische ingreep, en onderging in 1986 een zware hartoperatie. In 1999 werd darmkanker vastgesteld, wat het idee aanzwengelde om zijn levenswerk van de hand te doen. Niet stoppen betekent echter doorgaan, en in de winter van 2003 werd een mega-investering van bijna 12 miljoen euro gedaan voor enkele wereldprimeurs (Typhoon en Sledge Hammer). Dat jaar voerde Test-Aankoop een vergelijkend onderzoek van 13 Europese parken uit. Bobbejaanland komt er voor vrijwel alle aspecten uit als meest gewaardeerde park in België, en krijgt op Europees niveau de tweede plaats samen met Disneyland en het Parc Astérix .

De beslissing om het park te verkopen valt toch in april 2004, na een voorbereidingsfase van meer dan drie jaar. Bobbejaanland geeft op dat moment aan 400 mensen werk en wordt overgenomen door Parques Reunidos, een Spaans-Amerikaanse pretparkengroep. Alle speculaties ten spijt blijft het tot de laatste minuut onzeker of de stichter zijn handtekening zal plaatsen. Bepalend is uiteindelijk de onzekerheid over de continuïteit in de toekomst in de wereld van de pretparken. De familie Schoepen neemt het zekere voor het onzekere, een keuze die de stichter het meest evident lijkt. Als het reportageprogramma Terzake hem na de verkoop vraagt of hij voor het grote geld gekozen heeft, antwoordt Schoepen, voor zich uit starend, “Wat ben ik met al dat geld, ik kan maar twee keer per dag eten."

We kunnen Bobbejaan Schoepen beschouwen als artistieke (en zakelijk ingestelde) trekpleister van het park, zijn vrouw Josée (de oudste van achttien kinderen) als de zakelijke ruggengraat en haar zus Louise (Wies) als de solide basis op het vlak van boekhouding en financiën. De sleutel tot het succes van dit familiebedrijf lag in de vertrouwensband binnen dit triumviraat en in hun arbeidsethos, dat vanaf de jaren 90 werd versterkt door drie van de vijf kinderen. Met de verkoop verdween in België het laatste familiebedrijf in de sector van de pretparken. Bobbejaan Schoepen en zijn vrouw bleven wel op het domein wonen.

Come back

Schoepen herstelde intussen van zijn ziekte en vindt zich momenteel terug in zijn eerste liefde: de muziek. In 2005 gaf hij onverwachts een viertal korte optredens op het literaire festival Saint-Amour, waar hij zijn evergreen De lichtjes van de Schelde weer onder de aandacht bracht. Het lied dateert uit 1952 en werd sindsdien talloze keren gecoverd, onder meer door Louis Neefs, Hans De Booij, Wannes Van de Velde, en recent Will Tura. Op de Eregalerij in november 2006 werd het lied officieel vereeuwigd door Bobbejaan-bewonderaar Daan. Diezelfde maand werd onder impuls van zoon Tom Schoepen Bobbejaan Records weer leven ingeblazen. De platenlabel was al in 1966 opgericht, maar stierf een stille dood door het opkomende succes van Bobbejaanland.

Onder veel mediabelangstelling kreeg Bobbejaan Schoepen op 13 februari 2007 in de Brusselse Ancienne Belgique een Lifetime Achievement Award voor zijn succesvolle carrière als zanger-muzikant, en voor zijn pionierschap in de Belgische muziekgeschiedenis.

Album Bobbejaan


Op 19 mei 2008 werd het nieuwe album Bobbejaan in België uitgebracht (PIAS), met als gastvocalisten Geike Arnaert (Hooverphonic), Axelle Red, Nathalie Delcroix (Laïs), en Daan Stuyven (die tevens de hoes ontwierp).

Het idee voor dit project ontstond bij muziekproducer Firmin Michiels toen de cultband Dead Man Ray in 1999 ging toeren met de Bobbejaanfilm "At the Drop of a Head". Maar het idee werd opgeborgen toen bij Schoepen kanker werd vastgesteld. In 2005 krijgt het idee weer een nieuwe impuls via Michiels (A&R) en (excecutive) producer Tom Schoepen, die zich zal toeleggen op de productie van Bob's stemopnames. De beslissing van Michiels om voor Schoepen eerst een optreden op het literaire festival Saint-Amour te regelen was een eerste stap. Michiels begreep dat je Bobbejaan Schoepen niet zomaar kon terug geven aan het grote publiek: de topperiode was te ver weg en het pretpark had te veel collateral damage toegebracht aan de artiest. Maar de credibiliteit kwam langzaam terug. Het album werd opgenomen in de woonkamer van Bobbejaan, die doorheen de opnamesessies geregeld af te rekenen kreeg met gezondheidsperikelen. In mei 2008 werd (na ongeveer 35 jaar pretparkperiode) een nieuwe cd uitgebracht. De release kreeg meteen ruime media-aandacht van onder meer de journaals, Ter Zake en Phara de Aguirre, die de artiest thuis interviewt. De plaat werd ook lovend ontvangen door de Belgische muziekpers. In de media ging opvallend veel aandacht naar Le temps des cerises, het duet met Geike Arnaert en vooral het slotstuk van de plaat Verankerd, waarop de artiest zijn strijd tegen kanker en het ouder worden bezingt: Als je oud bent / Als je ziek bent / Geen toekomst meer, je bent verankerd / Te dragen, te verwerken / Geen leven meer, uitgekankerd.

Muzikanten die bij het project werden betrokken zijn onder andere Fritz Sundermann (gitaar), gitarist Lars Van Bambost, producer Dominique Vantomme (piano & synth), Geoffrey Burton (gitarist), en harmonicavirtuoos Steven de Bruyn. Het album werd gemixt door Patrice Cramer in de South Beach Studio's in Miami.

Recent eerbetoon


In juli 2008 werd hij door de Amerikaanse International Whistlers Convention als eerste Europeaan opgenomen in de "Whistlers Hall of Fame", een internationale eregalerij voor kunstfluiters.

2 oktober 2009 werd Schoepen de eerste ereburger van zijn geboortestad Boom. En op instigatie van Koning Albert II ontving Bobbejaan Schoepen op 6 juli 2009 het ereteken van Officier in de Kroonorde, uitgereikt aan Belgen met grote artistieke, letterkundige of wetenschappelijke verdiensten.

Projecten 2010


Eind december 2009 verscheen The World of Bobbejaan - Songbook, een driedubbele cd (remastered) met 76 songs die tussen 1948 en 2008 zijn opgenomen. De triptiek vergde vijf jaar voorbereiding en is in de Benelux door de familie Schoepen (Bobbejaan Records) uitgebracht als het enige officiële, door de familie geconfirmeerd overzichtswerk van de artiest.

Op 16 mei 2010 (de 85e verjaardag van Bobbejaan) werd in de Vlaamse en Nederlandse pers aangekondigd dat we dit jaar nog een live cd mogen verwachten, waarop het muzikale werk van de artiest uitgevoerd wordt door Belgische topartiesten als Paul Michiels (Soulsister), Liliane Saint-Pierre, Geert Chatrou, Jan De Smet (De Nieuwe Snaar), ex-Hooverphonic Geike Arnaert en Daan. Ook Bobbejaan zelf zullen we live aan het werk horen. Het live-album ligt in het verlengde van zijn come back plaat ‘ Bobbejaan’, die enkele jaren geleden door pers en publiek lovend ontvangen werd.

De dag na zijn verjaardag overleed Bobbejaan echter aan een hartstilstand in het Sint-Elisabethziekenhuis van Turnhout.

Onderscheidingen en nominaties


1949: Oorkonde voor moed en zelfopoffering voor de muzikale ondersteuning van Nederlandse frontstrijders in Indonesië, uitgereikt door Generaal Baay, opperbevelhebber van de Nederlandse troepen in Oost-Java, 1949
1955: Bobbejaan Schoepen, verkozen tot beste Vlaamse zanger, ontvangt de "Grote Prijs van de Vlaamse Grammofoonplaat" (NIR i.s.m. Studio Gent, 15 maart 1955)
1965: "Education Artistique, diplôme de Croix d’Honneur de Chevalier. Op 30 juni 1965 uitgereikt door “Académie Nationale Artistique Littéraire et Scientifque, Paris” (no 5177)", voor het lied "Je me suis souvent demandé".
1978: Platina plaat voor 30 jaar Vlaamse hits, Telstar 1978
(algemeen) 25 gouden platen
1986: Ridder in de Kroonorde, 9 april 1986, uitgereikt door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
1992: Bobbejaanland ontvangt van IAAPA in Dallas (VS) de "Brass Ring Award": 1e prijs voor beste publiciteitsbruchure.
1993: Medaille van Sabam - Belgische Artistieke Promotie, 19 januari 1993
1995: Medaille van Sabam - Belgische Artistieke Promotie, 26 september 1995
1995: Oorkonde België, Orde van Leopold II: Officier in de Orde van Leopold II, 26 september 1995, uitgereikt door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
2000: Ereplaats in de Radio 2 Eregalerij, 2000
2000: "Ik heb eerbied voor jouw grijze haren" (nominatie door Radio 2 Eregalerij, 2000)
2005: "De lichtjes van de Schelde" (nominatie door Radio 2 Eregalerij november 2005)
2006: "De lichtjes van de Schelde" (winnend lied in de Eregalerij, november 2006)
2007: "Lifetime Achievement Award", ZAMU Award 2006 (13 februari 2007)
2008: "Whistlers Hall of Fame" (International Whistlers Convention, 21 juli 2008 uitgereikt in Tokio)
2009: Officier in de Kroonorde, uitgereikt door het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap (6 juli 2009)
2009: Eerste ereburger van Boom, naar aanleiding van het 700-jarig bestaan van deze gemeente (2 oktober 2009)
Grootste hits
Internationaal
Ich hab Ehrfurcht vor Schneeweißen Haaren (muziek, +3 miljoen ex)
Je me suis souvent demandé (muziek)
Ich steh an der Bar und habe kein Geld (+400.000 ex. cover)
Ich weine in mein bier (+120.000 ex. Duitsland en Oostenrijk)
Ein Hauschen auf der Heide (cover)
Kili Watch (cover)
Vlaanderen en Nederland
Ik heb eerbied voor jouw grijze haren (Tekst en muziek)
De lichtjes van de Schelde (Muziek)
Café zonder bier (cover)
Hutje op de heide (cover)
In de schaduw van de mijn (Tekst en muziek)
Mijn duivekot (cover)
Als het vriest in Madagaskar (tekst en muziek)
Filmografie
"Ah! 't Is zo fijn in België te leven" (Speelfilm 1950, België)
"Televisite" (televisieserie 1955, België)
The Eurovision Song Contest (1957)
"At the Drop of a Head" / "De Ordonnans" / "Café zonder bier" (Speelfilm 1962, België)
"O sole mio" (muzikale film 1960, Duitsland)
"Davon träumen alle Mädchen" (muzikale film 1961, Duitsland)
"Bobbejaanland", filmproductie ZDF-Duitsland — Regie: Vladimir Sis, 1967, Studio Barrandov Praag (Televisiefilm 1967).
"Goldene Schuß, Der" — TV Episode (as Bobbejaan) (Musical, 1969)
"Uit met Bobbejaan" (BRT 1969)
"30 jaar Bobbejaan" (BRT 1978)
"Bobbejaan 70" (BRT 1995)
Artiestennaam
België en Nederland: Bobbejaan Schoepen
Duitsland en Oostenrijk: Bobby Jaan, Bobbejaan
Denemarken en IJsland: Bobby Jaan
Frankrijk: Bobby Jaan, Bobby Jann, Bobbi-Jean
Verenigde Staten: Bobby John
Trivia
Schoepen koos in 1945 Bobbejaan als artiestennaam (bet. baviaan in het Afrikaans), naar het liedje "Bobbejaan klim die berg!".
Rond 1950 begeleidde de gitarist Django Reinhardt de eerste muzikale producties van Bobbejaan Schoepen.
Bobbejaan Schoepen bedacht rond 1967 de naam Paribas, de voormalige Bank van Parijs en de Nederlanden.
Hij werd gevraagd The Rolling Stones bij hun eerste tournee in België af te halen op de luchthaven van Zaventem, maar hij weigerde omdat hij notie had gekregen van hun 'gortig puberaal gedrag'.
Hij had een eigen strip: "De Bobbejaanstory", door Jef Broeckx, Jacques Bakker, Ronnie Van Riet. Uitgeverij Het Volk, Gent. (1977)
Hij figureerde eveneens in het stripalbum " Jommeke in Bobbejaanland ", uit de serie Jommeke van Jef Nys. (1978)
Bobbejaan verscheen ook als concurrent van Urbanus in het Urbanusalbum De pretparkprutsers.
Bobbejaan Schoepen kocht in 1958 van revolveracrobaat Casey Tibbs het paard van Zorro uit de oude televisiereeksen, maar het dier trapte op een blootliggende elektriciteitskabel en gaf de geest.
"A pub with No Beer" (“Café zonder bier”) gaat terug op een bar die werkelijk bestaan heeft. In Australië heerst er controverse om welke pub het nu eigenlijk gaat.
Rockartiest Daan zong in maart 2007 een eigenzinnige versie van De lichtjes van de Schelde de finale in van het VRT-programma Zo is er maar één, dat op zoek gaat naar de mooiste Nederlandstalige liedjes.
In 2005 eindigde Bobbejaan Schoepen ook op nr. 406 in de Vlaamse versie van De Grootste Belg, buiten de officiële nominatielijst.

maandag 17 mei 2010

Ze zijn zo lief, mijnheer...

Ondanks het feit dat men verondersteld dat wij een beschaafd volk zijn, zou je ze bij momenten met veel plezier de kop inslaan, onze lieve, lichtbruin gekleurde broeders van Noord-Afrikaanse afkomst.
Vanmiddag nam ik samen met mijn vrouw in het premetrostation Groenplaats tram 3 richting Merksem. Er zat weinig volk op de tram, zodat wij plaats vonden op een duobank. Terhoogte van de halte "Handel" stapte er een jonge, getaande man op, die plaats nam op de bank vlak achter de onze. Enkele ogenblikken later ging zijn gsm af. "Hallo, Sjalaam Alykum. Savakes? blablablabla." Terzelfdertijd voelde ik een ritmisch duwen in mijn rug omdat mijnheer met beide knieen tegen onze rugleuning aan het duwen was. Enkele vieze blikken in zijn richting hadden enkel tot gevolg dat het ritme werd opgedreven, zodat duidelijk werd dat betrokkene ons aan het uitdagen was en duidelijk op "ambras" uit was. Het leek mij dan ook het verstandigst dit "apengedrag" te negeren, te doen alsof ik niets voelde en inwendig verder te koken.
Toen het heerschap enkele halten verder uitstapte wierp hij mij een allerliefste "prodentglimlach" toe. Op zo'n moment voelt een mens de stoom uit z'n oren komen, maar... gelukkig zijn wij, Antwerpenaren, ondanks onze reputatie, beschaafde mensen en blijven we kalm. Niet alleen omdat we zo beschaafd zijn, maar omdat anders vandaag in de media met stelligste zekerheid had gestaan: "Antwerpse hoofdredacteur mollesteert brave, onschuldige allochtoon op tram 3."
Grrrrrrrrrrrrrrrrrrrrr...

zaterdag 15 mei 2010

Herinneringen aan Antwerpen...

Trouwe lezers van dit "Woord van de Redactie" zullen ongetwijfeld al lang weten dat ik geen rasechte Antwerpenaar ben, maar een inwijkeling uit Oost-Vlaanderen, meer bepaald uit Moerbeke-Waas, waar ik mijn eerste achttien levensjaren heb doorgebracht. Ik was, en ben nog steeds trouwens, de oudste uit een arbeidersgezin met zes kinderen. Mijn vader was achtereenvolgens mijnwerker in Charleroi, lasser in een ploegfabriek in Moerbeke-Waas, dat intussen terziele is gegaan én kraanmachinist bij de staalfabriek Sidmar in Gent. Mijn moeder was aanvankelijk fabrieksarbeidster in een spinnerij in Gent, maar werd op mijn vierde levensjaar, gezien de grote gezinslast, huisvrouw. De gezinstoestand was verre van ideaal. Mijn moeder was vrij naief en mijn vader had twee grote gebreken: drank en nylonkousen. Hij kon geen volle, maar ook geen lege pint zien staan en wanneer je de vergelijking zou maken met Cassanova, was Cassanova maar klein bier. Zelfs een hond met een rok aan kreeg mijn vader achter zich aan. De financiële toestand en algemene toestand binnen het gezin was dan ook weinig benijdenswaardig.
Langs moeders kant had ik een "Tante Yvonne". Ze was getrouwd met Edmond de Witte, een man uit Stekene, die werkte in een Volkswagengarage in Antwerpen. Mijn tante Yvonne was in diezelfde garage conciërge, zodat ze beiden dan ook in Antwerpen, boven die garage woonden. Het juiste adres hiervan ken ik niet meer, maar volgens mij was het in de bocht tussen de Italiëlei en de Noorderlaan. Ik weet nog dat er op die garage een soort glazen toren stond met daar boven op het draaiende logo van Volkswagen. Ik ben er bijna zeker van dat dat gebouw nog bestaat. Ik weet nog dat mijn "Nonkel Mon" toen met een witte Volkswagen Porsche reed, iets dat wij in Moerbeke-Waas nog nooit gezien hadden. Quasi iedere zaterdag kwamen mijn tante Yvonne en nonkel Mon naar Moerbeke, bij mijn grootmoeder, en bleven daar logeren tot zondagavond om vervolgens terug naar Antwerpen te rijden. Mijn nonkel Mon was een boogschutter op de liggende wip, aangesloten bij de Moerbeekse vereniging "De Zwemkom" en dronk ook graag een stevige pint, vandaar de weekendovernachtingen bij mijn grootmoeder.
Een paar keer, tijdens de vakantieperiodes, namen mijn nonkel en tante mij 's zondagsavonds mee naar Antwerpen. Een hele belevenis op alle vlakken: ik was thuis weg, ik mocht meerijden met de Volkswagen Porsche én Antwerpen was voor mij het einde van de wereld, in niets te vergelijken met Moerbeke-Waas. Ik had zelfs de indruk dat niet iedereen binnen mocht in Antwerpen. Voor je de "Konijnenpijp" inreed moest je zelfs betalen of je mocht Antwerpen niet in. Tijdens die vakanties heb ik ook voor de eerste keer met een tram meegereden. Nu klinkt dat misschien belachelijk, maar voor mij was dat een belevenis als een dag in een pretpark. Ik weet nog, het Astridplein voor het station. Eén bloemenzee. Door mijn kinderogen was Antwerpen het Aards Paradijs.
Dertig jaar later, toen ik als speurder werkzaam was bij de B.O.B. van Dendermonde, had ik een vernieuwde kennismaking met Antwerpen. Een moord op een politieagent in Lokeren leidde mij en mijn collega naar Antwerpen, waar we toen ongeveer een maand gewerkt hebben, weliswaar dagelijks pendelend tussen Dendermonde en Antwerpen. Ik leerde toen de beiaardconcerten op maandag kennen. Een evenement dat er voor zorgde dat de Grote Markt en omgeving tot middernacht zwart van het volk zag. 's Avonds en zelfs 's nachts gingen wij na het werk regelmatig eten in de buurt van de politietoren, op de hoek van de Oudaan en de Kleine Markt. Ook daar zag het altijd zwart van het volk en was er een ongelooflijke sfeer.
Nog tien jaar later leerde ik in Antwerpen mijn vrouw kennen. En aangezien de man de vrouw moet volgen, ging ik in Antwerpen wonen, meer bepaald op de Seefhoek, waar zij al eenenvijftig jaar woonde. Ook daar zag het zwart van het volk, maar dan letterlijk. Van de gezellige, volkse sfeer waarvoor de Seefhoek vroeger gekend was en waar mijn vrouw zo gesapig kan over vertellen heb ik weinig of niets gemerkt. Wel van de ene vzw naast de andere, wel van de, ondanks alle inspanningen ten spijt, vuile, smerige straten, wel van de kleine en grote criminaliteit, wel van de verloedering van prachtstraten zoals de Carnotstraat en de Offerandestraat, vroeger dé schoenenstraat van 't stad en nu een Turkse en Pakistaanse bazar vol rommel en vuiligheid.
Nu wonen we al enkele jaren in hartje stad, op maximum 500 meter van alle openbaar vervoer, met zicht op de kathedraal en op de rede, midden in het "stadsdorp" waar iedereen iedereen kent, maar... het Antwerpen uit mijn kinderjaren is weg. Antwerpen heeft geen ziel meer. Antwerpen is dood. Door het verdwijnen van de roepzaal Amberes op de Vrijdagmarkt is zelfs de ziel uit de vrijdagse markt verdwenen. De rosse buurt is de rosse buurt niet meer. De hautaine De Keyserlei is een verzamelplaats van fastfoodketens, drugdealers en mafia geworden. Het Astridplein is een klinische blok beton geworden. De Groenplaats ligt er troosteloos bij en doet herinneren aan het kerkhof dat er ooit lag. De Grote Markt is een oase van stilte. Het Steen is een dode getuige van het verleden, maar... er staan toeristische totems die de toeristen de weg wijzen naar... niets.

vrijdag 14 mei 2010

Is victoriekraaien hier wel op z'n plaats?

Antwerps schepen van Stadsontwikkeling Ludo Van Campenhout (Open Vld) stuurt een zegebulletin de wereld in. Het aantal bouwaanvragen stevent af op een record. De dienst stedenbouwkundige vergunningen ontving de eerste vier maanden van dit jaar 1.114 nieuwe bouwaanvragen. Als deze trend zich voortzet, wordt 2010 afgesloten met 3.218 bouwaanvragen. En dit recordaantal is volgens de schepen te danken aan het goede beleid rond stadsontwikkeling. Ik vrees dat we dit hoera-bericht toch moeten nuanceren.

Wie aan het Antwerpse Sportpaleis over de Ring rijdt, ziet aan de nieuwe torengebouwen en de kranen dat Antwerpen volop aan het veranderen is. Alleen zijn dit projecten die voor de economische crisis zijn opgestart. Nu ligt de investeringsmarkt stil. Het is fout om een beeld op te hangen dat elke bouwaanvraag gelijk staat aan een woning of appartement. Sommige Antwerpse architecten geven andere verklaringen voor de stijging.

Er wordt strenger opgetreden tegen bouwovertredingen. Mensen dienen dus sneller een bouwaanvraag in voor de aanleg van onder andere een terras. De dienst stedenbouwkundige vergunningen wijst bouwaanvragen sneller af. Er worden voor één project soms meerdere bouwaanvragen ingediend. Dan is er ook nog de crisismaatregel van de federale regering, waarbij er maar 6 procent btw moest worden betaald. Deze maatregel verliep in april. Veel mensen dienden versneld een bouwaanvraag in. Het is dus maar de vraag of de trend van de eerste vier maanden zich wel zal voortzetten.

Het is toch een beetje ongelukkig dat de schepen de indruk wekt dat iedereen volop aan het bouwen is. Met de economische crisis krijgen steeds meer mensen problemen om hun woning af te betalen. Ouders vragen zich terecht af of hun kinderen ooit nog wel een huis kunnen kopen in Antwerpen. Enkele weken geleden werd in Oud-Berchem een onopvallend rijhuis met een klein tuintje verkocht voor 250.000 euro. Voor veel mensen is dit onbetaalbaar. Enige nuance van de schepen was gepast geweest.

Ofwel heeft het optimisme van schepen Van Campenhout plaats gemaakt voor naïviteit, ofwel wil hij vooral aan zijn eigen partij tonen hoe goed hij wel bezig is in Antwerpen en dat de Open Vld-leiding een zware vergissing begaat door hem geen verkiesbare plaats te geven.